-24-
Hij acht het niet reëel, dat een hinnen-sportheoefenaar deze
mogelijkheid wel heeft en een buiten-sportbeoefenaar meestal niet.
Verder zegt hij liever niet in het openbaar te zeggen welke uit
wassen er zich hebben voorgedaan. Door de ruimere geldmiddelen,
door ontheffing van betaling van b.t.w. en omzeiling van Buma-
rechten kan het bestuur op grootse wijze verenigingen aantrekken.
Dit is voor een horeca-exploitant niet mogelijk. Uit een oogpunt
van horeca-exploitatie acht hij dit misbruik maken van de gesub
sidieerde gelden.
Raadslid Braat zegt met de sluitingstijd op de vakantieperiode
gedoeld te hebben. Het is inderdaad moeilijk te zeggen waar de grens
lijnen voor de horeca-exploitatie liggen. Naar zijn mening zal hier
voor in deze plenaire vergadering geen oplossing gevonden kunnen
worden. Hij vindt wel, dat de door de heer Joosen naar voren ge
brachte uitwassen natuurlijk niet mogen voorkomen. Hij vindt, dat
iedereen moet trachten er het beste van te maken. Naar zijn mening
is het gemeenschapshuis op de goede weg. Dat kan hier wel duidelijk
worden vastgesteld.
In zijn antwoord zegt de Voorzitter, dat als belangrijk onderwerp
ter tafel is gekomen het al dan niet beperken van de horeca-exploi
tatie. Met betrekking tot sportaccommodaties en de kantines daarbij
bestaan er weinig problemen bij Uw Raad. Wij zijn met U van mening,
dat in dergelijke gelegenheden beperkingen moeten worden opgelegd
inzake het schenken van sterke drank en met betrekking tot de slui
tingstijd. Dit geldt echter niet voor het gemeenschapshuis "'t Web".
En het is óók niet mogelijk beperkingen op te leggen voor de ene
groep, en niet voor de andere. De opvatting van het college is
duidelijk zo, dat er op dit moment geen redenen aanwezig zijn om
over te gaan tot beperking van de horeca-aktiviteiten, noch om
andere sluitingstijden te bepalen. Er kan immers beslist niet ge
sproken worden van uitwassen. Spreker zal over deze kwestie graag
een gesprek hebben met de heer Joosen bij de voorbereiding van een
eventueel pre-advies van burgemeester en wethouders.
De heer Schreinemachers stelt een nieuw probleem aan de orde. Met
name de toegankelijkheid van het gemeenschapshuis voor de jeugd.
Wat hier aan het ontstaan is, lijkt enigszins op een jeugdcafé. Een
bepaalde groep jongeren heeft hier een "home" gevonden. De heer
Maes is van mening, dat deze groep in het gemeenschapshuis terecht
moet komen. En kan dit niet, dan moet er een alternatief zijn.
-25-