-18- Konklusie: Café-restaurantbedrijven en vooral hotel-café-restaurantbedrijven vrezen in toenemende mate concurrentie van deze instellingen, wanneer steeds meer partijen, recepties e.d. daarin plaatsvinden. Een niet onbelangrijke bron van inkomsten gaat deels, danwel geheel verloren. Veel café's bieden huisvesting aan allerlei verenigingen. Zij vooral zullen in veel gevallen sterke concurrentie ondervinden van de kantines in verenigingsgebouwen, sportcomplexen e.d.. Groei van de ontwikkeling van het aantal para-commerciële instellingen dat bij de Horeca ingeschreven staat sinds 1963 in percentages: parochiehuizen: 15,1%, dorpshuizen: 255%, verenigingsgebouwen: 73%, clubhuizen: 186%. Een enquête gehouden door de Economische Controle Dienst van Gooi land over de vraag, hoe groot de concurrentie is die de horeca bedrijven ondervinden van de para-commerciële instellingen wees uit, dat in 90% deze aktiviteiten in concurrentie met de horecabedrijven wordt uitgeoefend. Slotkonklusie van het rapport: Het probleem van het para-commer cialisme is voor de horeca geen nieuw probleem, maar neemt in omvang in belangrijke mate toe. Kwam het para-commerciële voor de oorlog slechts op kleine schaal voor, thans maken dergelijke instellingen, die bij het Bedrijfschap Horeca ingeschreven staan, reeds 10% van het Horecabestand uit. In 1973 bedroeg het aantal 3607 en het zal naar alle waarschijnlijkheid thans wel groter zijn. Geachte voorzitter, college en mederaadsleden, één van de Neder- 0 landse gemeenten, die in aktie is gekomen om het para-commerciële probleem aan te pakken was Breda. Reeds in maart 1965 werd zonder hoofdelijke stemming besloten om conform hetgeen indertijd ten aanzien van het gemeenschapshuis "De Vlieren" werd bepaald, de volgende richtlijnen toe te voegen (zie bij het verzoekschrift bij gesloten foto-copie van het voorstel aan burgemeester en wethouders). Als tweede gemeente volgde in 1972 de gemeente Oosterhout. De door "Horeca Nederland" gevraagde bepalingen zou ik verder aan gevuld willen zien met: sluitingstijd, 1 uur na afloop van het des betreffende evenement. Slotopmerking: De belangrijkheid van de problematiek van het para- commercialisme werd onderschreven door de Staatssecretaris van Economische Zaken de heer Th.M. Hazekamp. Immers, naar aanleiding van het rapport van het Produktiviteitscentrum, heeft hij -mede namens de Staatssecretarissen van C.R.M. en van Volksgezondheid en Milieuhygiëne- een verzoek gericht aan het Bedrijfschap Horeca, -19-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 97