Hij zegt, dat zijn fraktie zich dan ook met deze nota akkoord
kan verklaren.
De Voorzitter dankt de heer van Overveld voor zijn betoog.
Raadslid Van Westhreenen-Herlaar zegt de eerste termijn van
vraagstelling voorbij te villen laten gaan.
Raadslid Joosen zegt verheugd te zijn, dat het College van
mening is, dat de horeca-aktiviteiten in sportkantines beperkt
dienen te worden. De door het college in het pre-advies voor
gestelde beperking kan hij slechts gedeeltelijk onderschrijven.
Met het onder punt a gestelde kan hij geheel akkoord gaan.
Hij zegt, dat hij ten aanzien van punt b heeft gevraagd het
sluitingsuur te bepalen op één uur na het beëindigen van de
sportaktiviteit of het evenement. Hij voegt hier aan toe, dat
de voorzitter al een toezegging in die richting heeft gedaan.
De Voorzitter interrumpeert de heer Joosen met de opmerking, dat
het geen toezegging wasdoch slechts het vijzen op de mogelijk
heid tot het verlenen van ontheffing.
Raadslid Joosen zegt een stemverklaring te willen afleggen en
een motie te willen indienen. Hij blijft van mening, dat de
sluitingstijd voor de sportkantines onvoldoende wordt geregeld.
Het moet niet mogelijk zijn, dat men tot een uur na zonsonder
gang van de kantines gebruik kan blijven maken, als een evene
ment bijvoorbeeld reeds om half vijf geëindigd is. Naar zijn
mening is dit alles te ondervangen door punt b te wijzigen in:
"de sluitingstijd van de lokaliteit wordt gesteld op één uur
na het beëindigen van de evenementen". Hierdoor kan ook het ver
lenen van ontheffing vermeden worden. Het systeem "gelijke
monniken - gelijke kappen" dient te worden gehanteerd. Anders
is de voetbalvereniging weer de dupe. Zijn stellingname ten
aanzien van "'t Web" is zonder meer afwijzend. Het is plezierig
te horen, dat het Webbestuur van mening is, dat in het algemeen
het organiseren, van bruiloften enz. niet in 11 V/eb" dient
plaats te vinden. V/el kan men met de in deze zin opgenomen
term "in het algemeen" nog alle kanten uit. De konklüsie van
het college met betrekking tot de door Horeca Nederland gevraag
de opneming van beperkende bepalingen is, dat er geen aanleiding
bestaat ter zake maatregelen te treffen.
