-11-
De Voorzitter: Mag ik in tweede termijn antwoorden ten aanzien van de heer van
Overveld. De heer van Overveld zegt: ja, er waren een aantal leden van mijn fraktie
niet aanwezig tijdens de informatieve raadsvergadering, dus zijn ze niet ge
ïnformeerd, dan bestrijdt ik het "dus". De raad funktioneert als raad; enige belang
rijke is, dat het quorum van de leden aanwezig is. Als er een raadslid niet
aanwezig is, dan kan hij er zich achteraf er nooit op beroepen, naar mijn gevoelen,
dat hij niet geïnformeerd is. Het is hetzelfde antwoord wat ik daarstraks in eerste
termijn aan de heer Braat gegeven heb: Als u niet aanwezig bent, dan mag ik verwachten
van u als raadslid, dat u zich op de hoogte stelt. En in alle eerlijkheid meen ik,
dat wanneer u mij belt of de wethouders belt of de secretaris belt, dat u altijd alle
inlichtingen gegeven worden. Wanneer de heer van Overveld op dat moment gaat stellen,
hetzelfde antwoord dat ik de heer Braat in eerste termijn heb gegeven ten aanzien
van de commissieleden, wanneer hier het verwijt naar voren zou komen: College, u
hebt uw raad niet geïnformeerd, dan ontken ik dit, dan verwacht ik dat raadsleden
zich op de hoogte stellen van datgene wat ze niet meegemaakt hebben. Dat bestrijd ik
ten zeerste. Ik ben het er bepaald niet mee eens. Het raadslid behoort zich op de
hoogte te stellen.
Raadslid van Overveld: Ik heb alleen gevraagd het verslag wat sneller te laten
sturen.
De Voorzitter: Ik blijf weigeren aan te nemen, wanneer hier gesteld wordt dat de
raad niet geïnformeerd zou zijn. De raad, als orgaan, is geïnformeerd en de
individuele raadsleden, die niet aanwezig zijn en die zichzelf niet informeren, daar
heb ik geen boodschap aan. De raad is geïnformeerd. Dan hoop ik zelfs, dat binnen
de fraktie, dat dan het systeem nog zo werkt, dat u uw raadsleden, die niet
geïnformeerd zijn, dan binnen de fraktie geïnformeerd worden. Ik dacht, dat dat
het systeem zou kunnen zijn. Ik zal altijd op alle punten antwoorden, ik geef
iedereen, zeker de raadsleden, alle informatie, die zij maar willen. Dat verwijt wijs
ik bepaald van de hand.
Raadslid van Overveld: Dat wijst u terecht van de hand. Ik vind het alleen jammer,
dat spreek ik nogeens uit, dat het verslag niet een week eerder is ontvangen. Dat
was een stuk gemakkelijker geweest.
De Voorzitter: Het verslag is wellicht wat laat gekomen, de reden daarvan heb ik
u reeds gegeven, overigens ga ik er van uit, dat de raad van de gemeente Teteringen
volledig op de hoogte is van deze hele affaire. Dat is uw raad namelijk meegedeeld op
19 juli. De raad is op de hoogte. Het is 9 juli.
Raadslid van Overveld zegt vervolgens terecht: bij de besluitvorming aan wie de hal
gegund moet gaan worden: dat staat niet op de agenda. Dat zegt u terecht. Daar sluit
de heer Braat zich bij aan. Dat is een juiste opmerking. Ik heb u ook alleen maar
meegedeeld naar aanleiding van een vraag van de heer van Overveld, die vroeg name
lijk, hoe staat het er mee. En daarom heb ik het antwoord gegeven, hoe het er mee
staat.
-12-
