-16-
2De financiële positie van de gemeente.
Indien is vastgesteld, dat de aanwezigheid van een gemeentelijk belang
in beginsel tot subsidiëring aanleiding kan geven, moet worden
nagegaan of er voldoende financiële middelen beschikbaar zijn. Aangezien
de gewone dienst van de begroting sluitend dient te zijn, is niet alleen
de vraag aan de orde of er dekkingsmiddelen aanwezig zijn, maar ook of
deze middelen voor subsidiedoeleinden kunnen worden aangewend in relatie
tot andere nog te vervullen wensen. Gelet op de beperktheid van de
financiële middelen der gemeente zal men dan ook tot het stellen van
prioriteiten moeten komen. Wij willen in dit verband graag enkele
aspekten nader belichten.
a. Van groot belang achten wij het, dat subsidies niet louter inciden
teel worden bekeken, maar dat gestreefd wordt naar een planmatig
beleid, waarin plaats is voor een periodieke bezinning op taken en
prioriteiten. Al eerder hebben wij geschreven, dat zich daarvoor
het moment van de begrotingsbehandeling het beste leent.
b. Van een behoorlijke subsidieplanning kan pas dan worden gesproken,
als de aanvragers de gelegenheid hebben gehad hun wensen kenbaar te
maken. Planmatig beleid brengt voor hen tevens een zekere mate van
rechtszekerheid mee.
c. Bij het vaststellen van prioriteiten zullen niet steeds de .taken, die
voor rechtstreekse uitvoering door de gemeente in aanmerking komen,
voorrang behoeven te krijgen. Uitgaande van de opvatting, dat het
verlenen van subsidie evengoed het karakter van gemeentelijk
bestuur draagt, zullen de partikuliere taken, die in beginsel voor
subsidiëring in aanmerking komen, op dezelfde wijze als de direkte
gemeentelijke taken en volgens dezelfde richtlijnen in de beoordelinc
moeten worden betrokken.
d. Een andere vraag is volgens welke normen de hoogte van het subsidie
bedrag moet worden bepaald. Naar onze mening moet gestreefd worden
naar een zodanige methode van subsidiëring, dat de hoogte van het
subsidie zoveel mogelijk evenredig is aan de aktiviteit die de aan
vrager in het algemeen belang ontplooitNadere uitwerking hiervan
leidt in de verschillende gevallen, die zich in de praktijk voordoen,
tot uiteenlopende subsidiëringsmethoden, waarover het volgende
hoofdstuk zal handelen.
e. De mogelijkheid tot het voeren van een struktureel uitgavenbeleid
(waaronder ook te verstaan trendmatige verhoging van subsidies) lijkt
beperkt, aangezien de gemeente aan de inkomstenkant voor een groot
deel afhankelijk is van de diverse rijksuitkeringen. Wanneer een
trendmatige verhoging van subsidies zou inhouden, dat er in andere
-17-