Daarom stemt onze fraktie graag in met het pre-advies van burgemeester en
wethouders om uitdrukkelijk bezwaar aan te tekenen tegen datgene, wat met
betrekking tot de kleine gemeenten is gesteld. Hij vraagt het college het
gestelde in het pre-advies dan ook te effectueren ten aanzien van de V.N.G.
Gedeputeerde Staten en het Stadsgewest.
Raadslid Joosen zegt graag enkele opmerkingen te willen maken inzake het
concept-ontwerp. Het college stelt de raad voor geheel akkoord te gaan met de
standpuntbepaling van de V.N.G. en gedeeltelijk met die van het Stadsgewest.
Breda. Daarnaast wordt voorgesteld om aan de betreffende instanties kritische
geluiden kenbaar te maken aangaande de voorgenomen schaalvergroting, lees: her
indeling met als argument, dat de relatie bestuur-bestuurden hiermee steeds
verder in het gedrang komt. Hij zegt echter een wat feller verweer te hebben
verwacht. Hij had graag gezien, dat in de nota duidelijk de consequenties
voor het lokale bestuur bij instelling van de voorgestelde reorganisatie
naar voren waren gebracht. Hij meent, dat dit verweer getuigt van een soort
fatalisme: de teerling is geworpen; laat de hogere overheid het nu maar uit
maken. Voorts vraagt hij naar de mogelijkheid om meer informatie inzake deze
materie via "Allerlei" aan de Teteringse inwoners te verstrekken. Tenslotte
zegt hij het eens te zijn met het gestelde door de V.N.G.dat de "bestuurlijke
bordjes wel op ingrijpende wijze worden veranderd".
De Voorzitter zegt, dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten een spreekbuis
wil zijn in die kontakten, waarin de gemeenten als eenheid naar buiten willen
treden. De konklusies van de V.N.G. worden door het college onderschreven.
Het element van het belang van de gemeenten in hun algemeenheid en van de
kleine gemeenten in het bijzonder zijn door het college nader bekeken, daar
deze toepasbaar zijn op de gemeente Teteringen. Het kontakt, dat de burger met
het bestuur heeft, ligt op de eerste plaats bij de gemeente. Als zodanig
zouden de kleine gemeenten een bijzonder belangrijke taak kunnen hebben bij
het zuiver houden van de bestuurlijke verhoudingen ten opzichte van de
burgers. Daar waar gesproken wordt over concentratie, is het juist om bezwaren
naar voren te brengen. Dat gebeurt b.v. via de vergaderingen van de gemeente
raad en de vergaderingen van de gewestraad. Daarnaast ook via de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten. Hij zegt het met de heer Joosen eens te zijn, dat
de burgers bij deze materie betrokken dienen te worden. De manier, waarop
dit het beste kan geschieden, zal nader worden bezien. Het is erg moeilijk
om het totaal van deze materie in een artikel in "Allerlei" begrijpelijk en
kompleet weer te geven. Het college heeft in de nota gesteld, dat schaalver
groting de afstand tussen burger en bestuur wellicht groter maakt; dat de
kleinere afstand tussen burger en bestuur beter is en wellicht een stuk
technocratie weet te vermijden, waardoor het welzijn van de burger wellicht
beter gewaarborgd is.