-6- Hij zegt er voorstander van te zijn om jaarlijks bij de begrotingsbescheiden een lijst met de aan de verenigingen uitgekeerde subsidiebedragen ter inzage te leggen. Door deze wijze is het toetsingsrecht van de raad het best realiseerbaar en gestructureerd. Met betrekking tot subsidiëring van jeugd- en jongerenorgani saties kan de J.A.R. zich zeker als bemiddelaar blijven opstellen. Tenslotte zegt hij de suggestie van raadslid van Overveld inzake het standaardformulier een goede te vinden. Raadslid van Overveld dankt het college voor de toezegging, dat jaarlijks bij de begroting een lijst van gesubsidieerde instelling/met toegekende bedragen zal worden overgelegd. 0n Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten de subsidienota en hoofdstuk I der Verordening voor kennisgeving aan te nemen. 7Voorstel tot het wijzigen van de "Verordening op de heffing van rechten van verrichte diensten van de vleeskeuringsdienst kring Breda". Zonder diskussie en'zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 8. Voorstel inzake de subsidiëring van de peuterspeelzaal "Het Kruimelsoosje" Raadslid van Westhreenen-Herlaar zegt het namens haar fraktie plezierig te vinden dat middels de Interim-rijksbijdrageregeling plaatselijke vrijwilligers jeugd- en jongerenwerk en peuterspeelzalen het ri-jk in casu C.R.M. bereid is bij te dragen in de kosten van peuterspeelzalen. Jammer is het, dat de gemeente moet voorgaan in het geven van een forse subsidie om in aanmerking voor deze rijksbij drage te komen. De gemeente wordt door deze regeling gedwongen minstens 2.500, subsidie te geven. Het rijk betaalt als de gemeente toekent en dus vraagt het /Cl' Kruimelsoosje terecht aan ons het door het rijk gestelde bedrag. Het gaat er echter om, dat wij beslissen welk bedrag de gemeenschap moet bijdragen in de kosten van de peuterspeelzaal. Zij vindt, dat de ouders de kosten van de peuter-., speelzaal zelf moeten betalen wanneer men zijn kind om duidelijk moeder-gerichte motieven naar de peuterspeelzaal brengt. Zelfs wanneer het kind voor zijn ont wikkeling en ontplooiing naar de peuterspeelzaal gaat, vindt zij dat de ouders ook dan de kosten dienen te betalen. Men kan zich afvragen of een dergelijke voor ziening werkelijk zo noodzakelijk is, dat de gehele gemeenschap daarin moet bij dragen. Voorts zegt zij, dat haar fraktie wel wat vraagtekens plaatst bij de door het Kruimelsoosje gestelde moeder-gerichte motieven als redenen voor het bestaans recht van de peuterspeelzaal. Zij vraagt of het bedrag van 2.600,voor het opgeheven peutersoosje het minimaal beschikbare bedrag is. De Voorzitter bevestigt dit. Dit bedrag kan nog worden verhoogd met de door de gemeente overgenomen ouderbijdragen. Raadslid van Westhreenen-Herlaar stelt voorts, dat het aan de peuterspeelzaal toe te kennen subsidie op jaarbasis bijna 6.000,bedraagt. -7-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 10