-29-
gebracht kari worden, door de post hulppersoneel/artiesten danig omlaag te
brengen zoniet te schrappen.
Dan komen we op het bedrag van rond 60.000,het bedrag dat ook in de
gemeentebegroting te vinden is als voorgestelde subsidie. En ook dat vin
den we hoog genoeg. Maar omdat we geen duidelijk inzicht hebben van wat
er nu precies op financieel gebied gebeurt in, om en rond 't Web, ku.nr.en
we ook geen zinnig woord zeggen over dit bedrag.
Tot zover het standpunt van onze fraktie voor dit moment.
Dan wil ik nu vanuit het andere standpunt gaan spreken, n.l. dat van raadslid
dat namens de raad is afgevaardigd naar het Webbestuur. Ik wil beginnen met
duidelijk te stellen dat de plaats van de heer Maes en van mij niet bevoog
dend is, maar duidelijk communicerend vanuit het bestuur naar de raad en
omgekeerd. Wij willen dit wel even met nadruk stellen opdat daar geen misver
standen over kunnen bestaan.
Noch vanuit het Webbestuur, noch vanuit de raad. Om goed als zodanig, dus als
berichtgever van de raad naar het Webbestuur en omgekeerd, te kunnen functio
neren hebben wij zowel van het Webbestuur als van de raad volledig ver
trouwen nodig. Voor ons is het niet mogelijk goed te werken als vanuit de
raad wantrouwend wordt gedacht omdat wij misschien het Web zouden willen
beschermen, en evenmin als vanuit het Webbestuur naar ons wordt gekeken met
veel wantrouwen omdat we komen spioneren. Nodig is een goede verstandhouding
naar beide kanten. Dat geldt ook vanuit en naar het publiek. Betere informa
tie via b.v. "Allerlei" is nodig en daaraan zal ook binnen afzienbare termijn
worden gewerkt.
Welnu, de heer Maes en ik hebben nu een klein jaar meegedraaid en die tijd
hebben we hard nodig gehad om in deze complexe materie ingewerkt te raken.
Een flinke stoot in de goede richting is mede gekomen toen een beroepskracht
orde op financiële zaken ging stellen; alles wat er was, werd geordend en
het resultaat heeft U allen vorige week gekregen.
Vanuit dit standpunt weigeren wij dan ook te accepteren, hetgeen de heer Joosen
meende te moeten opmerken ten aanzien van onze ondeskundigheid. Ook hij heeft
destijds ingestemd met onze afvaardiging naar het Webbestuur, dus daarim hoeft
hij niet een persoon of een bepaalde groep personen daarvan alleen de schuld
te geven.
Inderdaad zijn wij financieel niet deskundig, maar toch zagen wij wel onvolko
menheden en daarom hebben wij gewerkt.
Vorig jaar, na enkele zeer kritische opmerkingen ook van de kant van de heer
Joosen, heb ik hem toen zelf gevraagd wat positiever over "'t Web" te willen
gaan denken. Toen heb ik gezegd, dat er aan verbetering gewerkt werd.
-30-