(herhaling bedrag a) 28.485»/O
geraamd voor 1976 qn
gemiddeld aantal leerlingen xoigCffiolKknitsfcheteDile^gHgcX'ens
bedrag per leerling derhalve316,50
Ingevolge artikel 5.56/#, lid 1, van de Lager-ondorwijswet
1920 in afschrift toegezonden aan de belanghebbende
schoolbesturen, de hoofdinspecteur en de inspecteur van
het lager onderwijs op
Binnen dertig vrije dagen na nevenvermelde datum kunnen
de belanghebbende schoolbesturen en de hoofdinspeeteur hij
de gedeputeerde staten van onze provincie'van dit besluit
vernietiging vragen of verhoging van het vastgestelde be
drag per leerling (art. óóbia, lid 3).
Indien een schoolgebouw door de gemeente in bruikleen is gegeven of door do gemeente met toepassing van artikel 83, lei 2bis, van de I.ager-
onderwijswet 1920 wordt in stand gehouden, dienen ingevolge artikel 101, lid 3, van die wet hier de daarvoor geldende bedragen te worden vermeld,
voorafgegaan door do woorden „idem, voor door de gemeente in bruikleen gegeven of in staud gehouden scholen".