VERSLAG van het vragenhalfuur na de vergadering van de gemeenteraad op 30 maart 1976 in 't Web. De heer Bartels zegt in te willen gaan op het klimaat, waarover de burgemeester heeft gesproken. Hij zou het veel vervelend vinden, wanneer we in een dorp zouden wonen, waarin dergelijke spanningen aan de orde zouden zijn. Hij zegt een bandrecorder te hebben meegenomen, omdat hij een heel genuanceerd zicht wilde hebben op hetgeen er werd gezegd. Gezien het snelle tempo, waarin wordt geformuleerd, is een schriftelijke notulering niet mogelijk. Burgemeester Aarts interrumpeert de heer Bartels met de opmerking, dat slechts is gevraagd een bandopname te maken ten behoeve van de familie Akkermans, die in Zambia op vakantie was. Er is echter nooit gesproken over notulering ten behoeve van de Studiegroep Groenstraat. De heer Bartels zegt, dat het niet de bedoeling is met deze bandopname manipulatief om te gaan. Hij vindt het vervelend, indien dit gesuggereerd zou zijn. Bij de Studiegroep Groenstraat is een wantrouwen ontstaan tijdens de informatieve vergadering inzake het plan "Het Kerkeind"Met alle respekt voor de burgemeester zegt hijdat de burgemeester te kundig en te snel op een aantal zaken is ingegaan en dat hij niet helemaal serieus heeft genomen, wat mensen werkelijk menen. Dit is zijn inzicht. Het is duidelijk, aldus de heer Bartels, dat wij van mening verschillen. Spreker zegt erg dicht bij een aantal spanningen in de wijk te staan, die hij heel serieus neemt. Daarbij komt nog de affaire met "Allerlei", waarnaar voortdurend verwezen werd. Dit had voor mij iets te maken met de mogelijk heid van een burger om volledig geïnformeerd te worden en er bij te horen. Spreker wil niet, dat de burgemeester met het gevoel blijft zitten, gewantrouwd te worden. Hij vindt wel, dat men zich als gemeente zou dienen te bezinnen op het verloop van dergelijke processen. Het is een recht van de Studiegroep Groenstraat cm tot het laatst toe door te gaan. Het is een recht in de Nederlandse wet verankerd om beroep tegen het plan aan te tekenen bij de Kroon. Hij zegt het onjuist te vinden, dat de burgemeester heeft gezegd: Als men van dit recht gebruik maakt, misbruikt men het recht. Hij voegt hier aan toe, dat men wel degelijk verder in beroep zal gaan, of men dat nou misbruik noemt of niet. -18-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 97