Burgemeester Aarts zegt overigens toe deze aangelegenheid eens aan de raad
te zullen voorleggen.
De heer Boumeester zegt het jammer te vinden, dat het voorstel tot het
instellen van een officiële weekmarkt niet eerst aan de marktkooplieden
bekend is gemaakt. Hij vraagt of een gezamenlijk overleg tussen de markt
kooplieden en de wethouder over dit onderwerp alsnog mogelijk is.
Burgemeester Aarts antwoordt, dat met het Bedrijfsschap overleg heeft plaats
gevonden.
De heer Boumeester zegt, dat dit niet volgens afspraak is. Er is destijds
afgesproken, dat met de gezamenlijke marktkooplieden overleg zou worden
gevoerd.
Wethouder Gerits antwoordt, dat overleg vooraf geen enkele zin had. Eerst
moest n.l. bij het Bedrijfsschap nagegaan worden of het instellen van een
weekmarkt realiseerbaar was. Ook dienen Gedeputeerde Staten nog goedkeuring
aan het besluit te verlenen. Daarna zal, aldus de wethouder, overleg met
de marktkooplieden plaatsvinden. Er zal wel opnieuw voor een standplaats
moeten worden ingeschreven.
De heer Heimsl zegt: Heb ik het uit de beraadslagingen goed begrepen, dat
als direkt gevolg van de aktiviteiten van de Studiegroep Groenstraat tegen
het bestemmingsplan Het Kerkeind het een reële dreiging is, dat er een
contingent woningwetwoningen voor Teteringen verloren dreigt te gaan. Als
dat het geval is, hoe groot is dan die dreiging en hoe groot is dan dat
verlies. Kunt U de hoogte van het percentage van de dreiging noemen?
Betreft het verlies het gehele contingent van 50 of aanmerkelijk minder?
Tenslotte vraagt hij of dit verlies moet worden gezien als een absoluut
verlies of als een soort uitstel, waarmee bij een volgend contingent
rekening zal worden gehouden.
Burgemeester Aarts zegt tot goed begrip te willen stellen, dat niet alleen
door de Studiegroep Groenstraat, maar door alle ingediende bezwaarschriften
het contingent woningwetwoningen verloren dreigt te gaan.
Hij zegt, dat door een van de bezwaarden uit die Studiegroep aan de Provincie
een brief geschreven is, waarin hij bij voorbaat bezwaar maakte tegen de in
de Wet vastgelegde mogelijkheid cm te anticiperen op het bestemmingsplan. Door
de bezwaarschriften in zijn algemeenheid echter is de anticipatiemogelijkheid
thans afgesneden.
Over deze kwestie zal kontakt met de Provincie worden opgenomen cm alsnog
de afgifte van een verklaring van geen bezwaar te bevorderen. Hij heeft
thans geen zekerheid of dit mogelijk is.
-15-