G E M E E M T F. p T E T E R I G F. N' -3- Raadsvergadering 26 april 1977. Agendanr. 2 Beëdiging van het raadslid Th.W. van Steen. Teteringen, 19 april 1977 Aan de Raad, Op 22 maart j.l. is door uw Raad besloten tot toelating van de heer Th.W. van Steen als lid van de raad ter opvolging van het raadslid de heer Drs. P.J.J.M. van Overveld, die als zodanig ontslag heeft genomen. In artikel 45 van de gemeentewet is voorgeschreven, dat het raadslid bij het aanvaarden van zijn betrekking in handen van de Voorzitter een zuiverings- en ambtseed (c.q. -belofte) rroet afleggen. De tekst van de eed (verklaring en belofte) van zuivering luidt als volgt: "Ik zweer (verklaar)dat ik, om tot lid van den Raad te worden benoemd, "directelijk of indirectelijk, aan geen persoon, onder wat naam of voor- "wendsel ook, eenige giften of gaven beloofd of gegeven heb. Ik zweer 'Verklaar)dat ik cm iets hoegenaamd in die betrekking te doen of te "laten, van niemand hoegenaamd eenige beloften of geschenken aannemen "zal, directelijk of indirectelijk, zoo waarlijk helpe mij God almachtig (Dat verklaar en beloof ik) Van de ambtseed (belofte)die aansluitend wordt uitgesproken, luidt de tekst als volgt: "Ik zweer (beloof) trouw aan de Grondwet en aan de wetten des Rijks, "en dat ik de belangen der gemeente Teteringen net al mijn vermogen "zal voorstaan en bevorderen". Zoo waarlijk helpe mij God almachtig! "(Dat beloof ik!)" De aflegging van de voorgeschreven eden (beloften) is voorwaarde voor de uitoefening van het antot. De heer van Steen zal tot het afleggen er van worden uitgenodigd. Burgemeester en wethouders van Teteringen Aarts burgemeester, .secretaris. Mertens

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1977 | | pagina 4