tot de uitgifte van bouwpercelen wordt overgegaan, ten aanzien van alle
inwoners der gemeente het principe van "gelijke monniken, gelijke kappen"
gehanteerd zal worden.
Raadslid van Beek zegt, dat zijn fractie zeer belangstellend uitziet naar
de formule, die het college zou willen toepassen bij de uitgifte van de nu
beschikbaar komende bouwpercelen.
Hij zegt te hopen, dat de Raad daarover zal mogen meedenken.
De voorzitter antwoordt, dat, zoals reeds is toegezegd, aan de Raad de ver
delingscriteria ter vaststelling zullen worden aangeboden.
Hierna worden deze ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen.
II. Van Gedeputeerde Staten:
a. goedkeuring van de 28e en 32e begrotingswijziging, dienstjaar 1976;
b. goedkeuring van de 14e en 17e begrotingswijziging, dienstjaar 1977;
c. gedeeltelijke goedkeuring van het bestenmingsplan "Het Kerkeind".
Raadslid Maes merkt ten aanzien van punt c. op, dat de begeleidende brief van
Gedeputeerde Staten belangrijke zaken inhoudt. Gedeputeerde Staten zeggen
hierin, dat het plan door opzet en regeling slechts weinig kansen voor een
concrete invulling biedt; dat de variatie in de woonsituaties zeer beperkt is,
waarvan een geringe herkenbaarheid van de diverse delen van het plan het ge
volg is.
Daarnaast vindt dit college de indeling in drie min of meer gelijke eenheden
star. Het biedt weinig of geen mogelijkheden om in te spelen op de wensen, die
er zullen komen bij het ontwerpen van bouwplannen en het inrichten van de woon
omgeving. De studiegroep Groenstraat heeft zich nu juist beziggehouden met de
gedeelten, waaraan thans goedkeuring is onthouden. Wanneer een en ander ook nog
eens door de Provincie wordt benadrukt, dan zou ik, zo vervolgt spreker, willen
zeggen: "Wordt het geen tijd, dat we als Raad onze verantwoordelijkheden goed ter
hand gaan nemen"
De voorzitter zegt hierop, dat men daartoe drie jaren geleden is geroepen,
met name om zich van zijn verantwoordelijkheid bewust te zijn.
Raadslid Maes zegt vervolgens, dat men de sociale woningbouw niet afkeurt. Hij
zou graag willen weten, of de Raad in beroep wenst te gaan tegen de gedeeltelijke
onthouding van goedkeuring door Gedeputeerde Staten.
Respecteert de raad, zo vraagt hij vervolgens, al dan niet het besluit van de
Provincie Nu de zaken er zo voorstaan, wordt het tijd, dat er contact gezocht
wordt met de studiegroep.
Dit is al enige malen in de raad ter sprake geweest. Er is nog weinig gehoor
aan gegeven en er zijn nog maar weinig stappen ondernomen. De Studiegroep is een
Teteringse belangengroep en als zodanig behoort deze groep gewaardeerd te worden.