Raadslid Joosen merkt op, dat hij niet over "de Bezemkring" gesproken heeft.
De voorzitter vervolgt, dat naast "de Bezemkring" er een andere groep is ont
staan, die van mening is, dat er in de sfeer van het opbouwwerk iets gedaan
zou moeten worden.
Er is een soort vormingsprogramma opgesteld en uitgevoerd. Men wil nu overgaan
tot uitvoering van een tweede programma. Zo'n initiatief is eveneens sympathiek.
Dat zal ook uw raad vinden. U stond irrmers ook positief tegenover het extra-morale
vormingswerk. De werkgroep zou de eigen inkomsten kunnen vermeerderen door ver
hoging van de entree-gelden. Daardoor zou het subsidiebedrag lager kunnen worden.
Ook hier doet zich het probleem van het gemis van rechtspersoonlijkheid voor.
Het college suggereert deze activiteit onder te brengen bij de J.A.R. waardoor
dan aan de noodzakelijke vormvereisten is voldaan. Ten aanzien van het verzoek
van de Stichting Balletschool is het college van mening, dat subsidiëring dient
plaats te vinden. Op de wijze waarop gesubsidieerd zou moeten worden, wordt nog ge
studeerd. Voorgesteld wordt dan ook om dit verzoek aan te houden. Indien mogelijk
zal er in de juni-vergadering op worden teruggekomen. Ten aanzien van "het
Kruimelsoosje" wordt voorgesteld het subsidie te bepalen op 55% van de huisves
tingskosten echter tot maximaal het exploitatietekort.
De tarieven voor bezoek aan het Filmhuis zijn ten opzichte van het eerste seizoen
verhoogd met 20% en dat is een niet geringe verhoging.
Wellicht zal de in deze vergadering gemaakte opmerking tot enige tariefsverhoging
kunnen leiden. Een bedrag van 12,per jaar per voorstelling komt overigens
neer op een subsidie van minder dan één gulden per voorstelling.
Raadslid Schreinemachers merkt hierna op, dat het door de Stichting "het Filmhuis"
gedane subsidieverzoek in feite een verzoek is om beschikbaarstelling van een
maximum-bedrag. In een gunstig jaar zal niet het maximum-subsidie betaalbaar
gesteld behoeven te worden; in een ongunstig jaar kan het maximale subsidie ge
claimd worden.
Gezien de opzet van "het Filmhuis", nu bijna drie jaar geleden, lag het toen al
in de lijn der verwachtingen, dat de eerste jaren het maximum-subsidie gevraagd
zou moeten worden.
Een bedrag van 1.500,aan donaties en 2.400,aan entree-gelden maakt
tesamen een bedrag aan eigen inkomsten van 3.900,waartegenover een subsidie
voor 1977 zou moeten staan van maximaal 1.850,
Het gaat er om, wat men voor culturele activiteiten over heeft. In verhouding
tot de subsidies die het toneel toevloeien worden voor andere culturele aktiviteiten
waaronder ook de film moet worden begrepen, slechts betrekkelijk geringe bedragen
beschikbaar gesteld.
Bij een eventuele verhoging van de entree-gelden moet ernstig rekening worden
gehouden met de elasticiteit c.q. inelasticiteit van de vraag. De vraag naar
