welke van belang geacht kunnen worden voor de taakuitoefening van het
schap, stelt het dagelijks bestuur van het schap van 'die voornemens in
kennis met hc-t verzoek zijn gevoelen terzake kenbaar te maken.
Artikel 35
1, Het besluit, waarbij voor de eerste maal in ovéreenstemming net het
algemeen bestuur de plaats wordt aangewezen waarop, uit een oogpunt
van bevordering van het maatschappelijk welzijn van de woonwagen
bewoners, een woonvagencentrura kan worden gesticht, wordt door de
raad van de betreffende gemeente genomen binnen 3 maanden na de da
tum van inwerkingtreding van de regeling c.q. na de datum ven toe
treding tot de regeling. Deze termijn kan éénmaal op verzoek van het
college van' burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente
door het dagelijks bestuur met 2 maanden worden verlengd.
2» Het besluit van £0 gemeenteraad bedoeld in het eerste lid behoeft
de goedkeuring van gedeputeerde staten.
Het besluit van gedeputeerde staten wordt door het college van burge
meester en wethouders van de betreffende gemeente medegedeeld aan het
dagelijks bestuur. Indien dit besluit strekt tot goedkeuring van het
raadsbesluit wordt laatstgenoemd besluit, zodra toepassing is gegeven
aan artikel 36, eerste lid, als aanvulling van artikel 5, tweede lid
van de regeling door het dagelijks bestuur in de Nederlandse Staats
courant bekend gemaakt.
3. Indien tussen de gemeenteraad en het algemeen bestuur geen overeen
stemming, als bedoeld in het eerste lid, wordt bereikt, stelt het da
gelijks bestuur het tijdstip daarvan vast, doet daarvan mededeling aan
de betreffende gemeenteraad en roept binnen één maand na dat tijdstip
de bemiddeling ve.11 gedeputeerde staten in.
4. Binnen 2 maanden nadat de beslissing van gedeputeerde staten ter ken
nis is gebracht van de betreffende gemeenteraad en het algemeen bestuur,
neemt de gemeenteraad een besluit raet inachtneming van de beslissing van
gedeputeerde staten.
5. Wanneer de gemeenteraad nalaat het besluit als bedoeld in het vierde lid
te nemen, geeft hij daarmee te kennen niet langer aan de regeling te
villen deelnemen en wordt daardoor geacht te hebben besloten tot uit
treding als bedoeld in artikel 46, eerste lid. Het bepaalde in artikel
46, tweede, derde en vierde lid, is vervolgens van toepassing.
Artikc-1 36
1. Zodra een raadsbesluit als bedoeld in artikel 35, inzake de plaatsbepa
ling van een woonwagencentrum, de goedkeuring van gedeputeerde staten
heeft verkregen, is de raad van de betreffende gemeente verplicht, om
binnen 6 maanden met betrekking tot de onderhavige grond een bestenuaings
.plan als bedoeld in de Wet op de Ruimtelijke ordening vast te 3teilen of
te herzien.
2. Genoemde termijn kan op verzoek van het college van burgemeester en wet
houders van de betreffende gemeente door het dagelijks bestuur met ten
hoogste 10 maanden worden verlengd.