10
Raadslid Joosen vraagt vervolgens, wat er gaat gebeuren
als er uit de eerste categorieën zoveel candidaten komen,
dat er geen grond meer over is.
De Voorzitter zegt hierop, dat het dan met de toewijzing
afgelopen is.
Raadslid van Beek zegt nog een opmerking te willen maken
ten aanzien van punt C. Hij zegt het logisch te vinden,
dat de candidaten als bedoeld sub B 1 en B 2 voorrang
genieten met betrekking tot de percelen, waarop de bouw
van half vrijstaande woningen moet plaatsvinden. Het gaat
hier echter om slechts 4- woningen. Melden zich hiervoor
meer dan 4 candidaten, dan ontstaan er problemen. Hij
vraagt zich af, wat er dan gaat gebeuren.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat er dan geloot zal moeten
worden.
Raadslid van Beek is het hiermee niet eens. Burgemeester
en wethouders zouden in dit geval urgenties moeten durven
bepalen.
De Voorzitter stelt voor, het voorliggende ontwerp-besluit
thans vast te stellen en in de vergadering, die volgende
week zal worden gehouden, een wijziging van het besluit,
zoals door de heer van Beek voorgesteld, in behandeling
te nemen.
Raadslid van Beek betoogt, dat er ook nog een wijziging
van punt B 3 zal moeten plaatsvinden.
De Voorzitter vraagt, of de raad bereid is, tot vaststel
ling van hetgeen is voorgesteld over te gaan.
Raadslid Braat geeft er de voorkeur aan, het nemen van
een besluit met een week te verdagen.
