41
Het college is door Aspa met deze leverancier in contact gébracht.
Men heeft dan te maken met Aspa en met niemand anders.
Raadslid Braat zegt, dat men in de politiek wel tegen een stootje moet
kunnen. Het is verre van zijn fractie om een spelletje te spelen.
Hetgeen hier verdedigd wordt, aldus raadslid Braat, zijn belangen, die hij
als lid van de raad heeft te behartigen en daar staat hij voor.
Raadslid Joosen zegt geen duidelijk antwoord te hebben gekregen op zijn
vraag, waarcm de Teteringse middenstand geen kans heeft gekregen bij
de gunning van de inrichting van het gareentehuis
Raadslid Anssems zegt, dat er bij de inrichting van het oude gedeelte door
de raad vooraf een crediet zal moeten worden gevoteerd. De raad wenst op
de hoogte te zijn en te blijven. Daardoor worden discussies, zoals thans
gevoerd, voorkomen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
6. Voorstel tot het benoemen van een hoofd aan de openbare lagere school.
Raadslid Joosen zegt, dat uit het voorstel niet duidelijk blijkt wie als
eerste op de voordracht staat.
De voorzitter antwoordt, dat het college voorstelt de heer Groeneveld
te benoemen.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders.
7. Voorstel tot het verlenen van medewerking als bedoeld in artikel 72 van
de Lager-onderwijswet 1920 ten behoeve van de St. Aloysiusschool
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders.
8. Voorstel tot het verlenen van medewerking als bedoeld in artikel 72 van de
Lager-onderwijswet 1920 ten behoeve van de Helder Camaraschool
Raadslid Joosen zegt meermalen vernamen te hebben, dat er een leegstand
van lokalen is. Kan het meubilair van deze lokalen niet gebruikt worden voor
de inrichting van het nieuwe lokaal
Raadslid van Steen zegt, dat zijn eerste vraag reeds door de heer Joosen
is gesteld.
Hij vraagt naar het bedrag per leerling voor 1977.
De voorzitter antwoordt, dat het bedrag per leerling voor 1977 330,
bedraagt.
Raadslid van Steen vraagt vervolgens, hoeveel geld er nodig is om een lokaal
in te richten. Moet daarvoor een krediet beschikbaar gesteld worden
Wethouder Ocmen zegt, dat het beschikbaar te stellen bedrag voor de inrichting