9
15. Voorstel tot het vaststellen van de tweede en derde wijziging van de
bouwverordening voor de gemeente Teteringen"
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeen
komstig het voorstel van burgemeester en wethouders.
16. Voorstel tot het verlenen van machtiging aan het college van burgemeester
en wethouders inzake de uitvoering van enige artikelen van het Reglement
verkeersregels en verkeerstekens.
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeen
komstig het voorstel van burgemeester en wethouders.
17. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet voor het aanbrengen van
straatverlichting in het sportcomplex "De Gouwen".
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders.
18. Voorstel tot het verlenen van medewerking als bedoeld in artikel 72 van de
Lager-onderwijswet 1920 ten behoeve van de Helder Camaraschool
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders.
19. Nota inzake subsidiëring beroepskracht Jongeren Advies Raad.
Raadslid Braat vraagt, of de beroepskracht momenteel op part-time basis werkt.
De voorzitter zegt, dat de beroepskracht full-time werkzaam is.
Raadslid Braat zegt dat, los van de suggestie om de opbouwwerker op half-time
basis werkzaam te doen zijn en hem de resterende tijd aangewezen te doen zijn op
de Werkloosheidswet, hetgeen spreker een niet zo riante suggestie vindt,
geconstateerd mag worden, dat de opbouwwerker bijzonder goed werk doet.
Na 16 oktober a.s. wordt in de arbeidskosten niet meer van rijkswege gesubsidi
eerd. Dan rijst de vraag: Wat moet er gebeuren tot 1978 en wat in 1978
Zijn fractie vraagt zich af, of het mogelijk is deze beroepskracht in een ruimer
dienstverband dan nu het geval is te plaatsen. Daardoor zou de inzetbaarheid
worden geïntensiveerd, hetgeen er toe zou kunnen leiden hem voor 1978 als
volledige beroepskracht te handhaven. Zijn fractie is er een sterke voorstander
van om deze beroepskracht op een bredere werkbasis een kans te geven om in 1978
als volledige beroepskracht te functioneren. Gelet op het evaluatieverslag mag
geconstateerd worden, dat de betrokken functionaris in het nog jonge verleden
bijzonder goed werk heeft verricht. Zijn fractie wil, als dat nodig mocht zijn,
de uit een en ander voortvloeiende consequenties voor zijn rekening nemen, het
geen wil zeggen dat zijn fractie geen bezwaren heeft ten aanzien van mogelijke
financiële consequenties voor de begroting 1978.
De voorzitter merkt met betrekking tot dit agendapunt op, dat de nota een tweetal
zaken onderscheidt, te weten: moet dit werk voor 1978 en volgende jaren gecon
tinueerd worden, zonder dat er van rijkswege subsidie is te verwachten èn in
welke mate dient continuering tot 31 december a.s. plaats te vinden.
Raadslid Braat zegt, dat zijn fractie het logischer zou vinden, indien