GEMEENTE
TETER1NGEN
18
Raadsvergadering 29 november 1977.
Agendanr.5
Voorstel met betrekking tot de Nota "Het Stadsgewest op koers" van het
dagelijks bestuur van het Stadsgewest Breda.
Teteringen
Aan de Raad,
Het dagelijks bestuur van het Stadsgewest Breda heeft bij brief van 28 april
1977, nr. A.Z. 70.1/256, zijn nota "Stadsgewest op koers" inclusief een
aanvullend voorstel toegezonden, verqezeld van het verslag van de eerste
behandeling van deze stukken door de Gewestraad op 3 december 1976.
Genoemde brief van 28 april 1977 is voor u ter inzage gelegd, terwijl een
exemplaar van de nota "Het Stadsgewest op koers" ,het aanvullend voorstel en het
verslag van de discussie in de Gewestraad reeds eerder aan elk van uw leden
werden toegezonden.
Het dagelijks bestuur verzoekt ons College een standpunt te bepalen en daarbij
ook uw Raad te betrekken.
Het dagelijks bestuur schrijft in meergenoemde brief van 28 april 1977 dat de
nota "Het Stadsgewest op koers" moet worden gezien in verband met het streven naar
een goed onderbouwd en zorgvuldig afgewogen beleid.
Voorwaarde daarvoor is een duidelijke opvatting over de positie van het stads
gewest. Als de belangrijkste opdracht van het stadsgewest ziet het dagelijks
bestuur de samensmelting en bundeling van intergemeentelijk beleid, waar en ncie
wanneer dit nodig is vanuit een oogount van democratie en doelmatigheid.
Intergemeentelijk beleid wordt aldus tot gewestelijk beleid.
Het dagelijks bestuur heeft vervolgens nagegaan hoe de situatie per mogelijke
taak of deeltaak is. Men heeft 73 taken en deeltaken onderzocht waarvan er 49
overbleven welke men vervolgens in een viertal groepen, aangeduid met A, B, C en
D-taken, heeft verdeeld. Op basis hiervan zijn overwegingen aangegeven wanneer
en in welke omvang een taak of deeltaak kan worden aangepakt.
Het algemene beeld dat uit de nota naar voren komt, zo vervolgt het dagelijks
bestuur, houdt in dat duidelijk het accent wordt gelegd op een goede behartiging
en zonodig uitbouw van de bestaande taken. Nieuwe taken of deeltaken wil men
in hoofdzaak alleen aanpakken indien deze logisch voortvloeien uit de bestaande
taken. Daarnaast is een aantal taken en deeltaken opgenomen om de mogelijke
ontwikkelingen op langere termijn aan te duiden. Daarbij is overigens dikwijls