Raadsvergadering d.d. 28 februari 1978
Agendanr.9
Voorstel inzake een verzoek om voorziening in verband met een geweigerde
bouwvergunning.
Teteringen, 13 februari 1978.
Door mevrouw P.H.C.J. Luijkx- van Hooijdonk, Hoeveneind 14, alhier, werd
op 11 augustus 1977 vergunning ingevolge de Woningwet gevraagd voor het
bouwen van een woning op het zuidelijk gedeelte van het perceel kadastraal
bekend gemeente Teteringen, sectie A nr. 809, gelegen aan het Hoeveneind.
Ingevolge artikel 48 lid 1 van de Woningwet mag alleen en moet een bouw
vergunning worden geweigerd, indien:
a. het bouwwerk niet voldoet aan de bouwverordening;
b. het bouwwerk in strijd is met het bestemmingsplan;
c. een vergunning ingevolge de Monumentenwet is vereist en deze niet is
verleend.
Op 28 september 1977 heeft ons college besloten de gevraagde vergunning
te weigeren op grond van het feit, dat het bouwplan niet in overeenstemming
is met het bestemmingsplan "Landelijk Gebied 1966".
Het perceelgedeelte waarop reclamante wenst te bouwen ligt in een gebied
met een agrarische hoofdfunctie en heeft volgens art. 3 van dit plan de
bestemming "agrarisch gebied II" waardoor ter plaatse uitsluitend het
bouwen van een woning ten behoeve van een agrarisch bedrijf is toegestaan.
Het plan van reclamante is in strijd met het vigerende bestemmingsplan
aangezien zij geen agrarisch bedrijf in de zin van dit bestemmingsplan
uitoefent.
Teneinde ook voor de toekomst ongewenste ontwikkelingen in gebieden met
deze functie tegen te gaan zijn de daarin reeds aanwezige burgerwoningen
bij de vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied 1974" door
middel van een uitdrukkelijke bestemming gelegaliseerd.
Deze bestemming is op de kaart van dit plan tot uitdrukking gebracht
door het opnemen van bebouwingsvlakken in gele kleur met de omschrijving
"woning"
Het bouwen van woningen buiten deze bebouwingsvlakken is geheel uitgesloten,
tenzij een strikt functioneel verband met de uitoefening van een agrarische
bedrijfsvorm aanwezig is.