artsenvestiging in een kernrandgebied legaal erkend is.
De voorzitter zegt ter toelichting, dat de opvatting van de provincie met name over
de dierenartsenpraktijk de volgende is:
"Indien in de kern geen geschikte vestigingsplaats voor een vee-artsenpraktijk aanwezig
is, dan kan een vestigingsplaats aan de rand van de kom in aanmerking komen"
en dat betekent, dat de provincie er eigenlijk van uit gaat dat zo'n praktijk in de kern
gevestigd dient te worden en als dat niet kan en het van belang is dat er een vestiging
tot stand komt, dan kan een vestiging aan de rand van de kern overwogen worden.
Raadslid F. van Beek betoogt vervolgens, dat het college toch eigenlijk suggereert dat
een toewijzing in een kernrandgebied een precedent schept. Hij vindt dat geprobeerd moet
worden een kernrandgebied en een buitengebied gescheiden te houden. Het kernrandgebied
laat een dierenartsenkliniek toe. Het college kan daar goed de vinger aan de pols houden.
Het zal steeds een afwegen van belangen zijn.
De voorzitter merkt op, dat dan wel aangetoond moet worden waarom de raad tegen de één
"ja" en tegen de ander "nee" moet zeggen.
Raadslid F. van Beek zegt verder dat de raad er voor is om in afweging van belangen
beslissingen te nemen. Als er een alternatief wordt aangedragen moet dat als een aangren
zend complex gezien worden. Voor de beoordeling van het alternatief zal dat belangrijk
zijn. Zijn fractie is van mening dat zij de genoemde alternatieven eerst op hun waarde
wil kennen en taxeren. Op grond daarvan wil zij de kwestie aanhouden om de alternatieven
later wellicht tot kernrandgebied te kunnen aanwijzen.
Raadslid Schreinemachers zegt dat de vergelijking met het woonwagencentrum niet zo dwaas
was. Het uitgangspunt voor de vestiging daarvan was, dat er de mogelijkheid moest zijn
voor integratie en die kans was aan het Moleneind ruimschoots aanwezig, omdat die locatie
zo dicht bij de bebouwde kom lag. Het klinkt leuk om te horen, dat de raad duidelijk
belangen hoort af te wegen, zoals raadslid F. van Beek zo nadrukkelijk stelt. In dit
verband wijst hij terug naar hetgeen raadslid Braat in de vorige vergadering opmerkt, te
weten "dat de commissie er wellicht, gezien de samenstelling, niet uit zou komen".
Men moet zich goed realiseren dat men in een raadsconstellatie zit waarin de meerderheids
partij toch heel sterk steunt op de agrarische sfeer. Het blijft natuurlijk heel duidelijk
een agrarisch belang. Er kan niet zonder meer gezegd worden dat per definitie een be
langenafweging voor de raad zodanig is dat de belangen altijd uitgeschakeld kunnen worden.
Spreker zou daar ook erg veel moeite mee hebben.
Uitstel van deze kwestie tot volgende maand biedt weinig kans om tot een oplossing te
leiden. Er ligt een concreet verzoek voor een groot perceel grond, waar de bestemming
veranderd moet worden in een bebouwingsbestemming en dat voor een duidelijk lagere prijs
verkregen kan worden als een alternatief perceel, dat kleiner is ,waar ook een bebouwings
bestemming geschapen moet wordenmaar dat veel hoger in prijs verkocht gaat worden. Voor
een open discussie is er geen alternatief. Dat zou er alleen zijn wanneer de raad een
uitdrukkelijke uitspraak doet of hij het gebied Moleneind prijs wil geven of niet.
Besluit de raad geen kernrandgebied in te stellen en het Moleneind te beschermen dan is