2
als de noodzaak duidelijk aangegeven wordt door middel van het stellen van
prioriteiten
Dit voorstel heeft zijn instemming en zijn fractie hoopt, dat dit plan op redelijk
korte termijn gerealiseerd kan worden.
Raadslid Joosen zegt dat uit de stukken wel blijkt dat het veel geld gaat kosten
en dat er vraagtekens zijn omtrent het aantal uitleningen. Hij vraagt waarom deze
uitbreiding hier zo nodig is, behalve dat de wet er achter staat. Hij vindt 485 m
wel erg veel en hij vraagt zich af waar zo'n gebouw dan wel zou moeten komen.
Spreker zegt in de stukken te missen hoeveel mensen er naar Breda-Noord willen,
kunnen of niet kunnen, want er zijn 3 bibliotheken in de buurt.
Wanneer inderdaad veel kinderen en ouden van dagen van deze bibliotheken geen ge
bruik kunnen maken, dan moet daaraan tegemoet gekomen worden, maar niet op de voor
gestelde wijze.
\j zegt zich af te vragen waar de financiën vandaan moeten komen als de onroerend
goedbelasting daar niet voor verhoogd zou mogen wordenHij ziet het nut van een
bibliotheek wel in, maar als het gaat om misschien een dertigtal personen, die niet
naar een bibliotheek in de buurt kunnen dan vindt hij deze oplosssing te groots
en financieel een te zware belasting.
Raadslid Anssems zegt dat zijn fractie ingenomen is met dit voorstel en zij ziet het.
geheel positief tegemoet.
Raadslid Schreinemachers zegt dat rijkswetten net voorzichtigheid gehanteerd moeten
worden en als daarin wordt uitgegaan van een richtgetal van 5000 inwoners, dan neemt
dit niet de verantwoordelijkheid van de raad bij het afwegen weg.
Voor een gemeente van 5000 inwoners, die ver van stedelijke concentraties afligt,
is het relatief moeilijker bij een bibliotheekvoorziening terecht te keuen dan voor
een gemeente, die op een steenworp afstand goede voorzieningen heeft. Dit moet in het
uitgangspunt worden meegenomen ook al bestaat er de verplichting, zoals de wet die kent
voor een gemeente met een inwonertal van 5000.
Een dergelijke verplichting behoeft men niet onmiddellijk op zich te nemen.
Spreker zegt enerzijds graag een bibliotheek te hebben, maar anderzijds ontbreken nog
steeds de gegevens over de werkelijke behoefte aan een bibliotheek. De getallen, waar
nu van uit gegaan wordt, zijn gegrond op een prognose dat Teteringen op 1 januari 1980
6000 inwoners zou hebben. Dat betekent in 1\ jaar tijd een bevolkingsgroei van 9%
en de raad heeft zich destijds uitgesproken dat hij een dergelijke snelle groei niet
wenst.
Spreker blijft van mening dat er een duidelijke peiling in de gemeente naar de behoefte
moet plaatsvinden en of die dan de eerstkomende jaren opweegt tegen de kosten van
265.000,voor 5500 inwoners.
Het is voor hem geen punt dat het Rijk een deel vergoedt, vsant ook die kosten zullen in
de overweging moeten worden neegenomenHij vraagt zich met de vorige sprekers af of
deze kosten nu wel een dekking moeten krijgen uit de onroerend-goedbelasting
Met betrekking tot de oppervlakte wijst hij er op dat de oppervlakte van de biblio-