de bestaande velden voor D.I.A. zouden zijn en dat de nog aan te leggen velden
voor de hockeyvereniging zijn.
Raadslid Joosen zegt dat dit niet juist is.
Wethouder Gerits adviseert hem dan de verslagen van de sportadviesccmmissie
na te slaan.
Raadslid Joosen zegt dat door hem als lid van de commissie en niet als voor
zitter van D.I.A. in de vergadering van de sportadviescoirmissie is gezegd, dat
het gelukkig is dat D.I.A. en de Hockeyclub het samen goed kunnen vinden en
dat er een gesprek over de verdeling van de velden had plaats kunnen vinden.
Hij had nu een plan of een schets verwacht
De voorzitter merkt op, dat er in principe hierover overeenstemming is bereikt,
dat D.I.A. een bepaald deel van het terrein zal gebruiken en de hockeyvereni-
gingen een ander deel.
In de opdracht aan de Heidemijtot het ontwerpen van een plein voor de 3e fase zijn
de wensen van de sportverenigingen mede opgenomen. Dat herziene plan zal onge
twijfeld weer bij de sportadviesccramissie terugkorren en daarna bij de raad, want
de raad zal uiteindelijk de kredieten moeten vaststellen.
Raadslid Joosen vraagt waarom er een jaar gewacht is, alvorens de schade aan de
lantaarnpalen bij het Waarborgfonds is gedeclareerd.
De voorzitter antwoordt dat het vooronderzoek geruime tijd heeft gekost en waar
gewerkt wordt zullen wel eens spaanders vallen.
De ingekcmen stukken worden voor kennisgeving aangenomen.
4. Qntwerp-raadsbesluit tot het vaststellen van grondprijzen voor stroken grond in
het bestemmingsplan "De Gouwen Oost"
Raadslid F. van Beek zegt niet veel meer over deze zaak te willen zeggen. Hij
0 0 wenst geacht te worden tegen dit besluit te hebben gestemd.
Raadslid Schreinemachers zegt, dat er destijds onderhandelingen door B. en W.
gevoerd zijn cm tot een bepaald doel te komen. Deze onderhandelingen zijn mis
lukt, maar zelfs als zij geslaagd waren, had de raad toch uiteindelijk een besluit
moeten nemen. Het college van B. en W. kan veel willen maar de raad bepaalt, wat
er gebeurt. Hij heeft dit de laatste jaren herhaaldelijk horen opmerken.
Hij zegt dit met nadruk, cmdat in 1973 de discussie zich met name heeft toegespitst
op de verkoop van de 5-meterstroken. Spreker meent dat het deze raad toch niet goed
duidelijk is geworden hoe de raad van destijds daarover dacht en daarom had hij
verwacht dat de huidige raad een poging zou hebben gedaan om van de oud-raadsleden
de intentie te vernemen. Alhoewel hij zelf in de vorige vergadering die intentie
duidelijk heeft proberen aan te geven, heeft hij toch de moeite genomen om alle
oud-raadsleden er naar te vragen. Door de heren van Pelt, van de Wijgerd, Jac.
Ocmen en Backx is uitdrukkelijk gesteld dat de intentie van het besluit toen was,
de grondprijs in de toekomst te bekijken en in feite het bestemmingsplan te
accepteren omdat die zaak snel van de grond moest. Wat de intentie van de heer Esser
en van hem, spreker, was behoeft uiteraard geen betoog.
