82
Acht inwoners, op de lijst van woningzoekenden geplaatst, verzochten
om een bouwperceelOp een principe-toezegging reageerden niét of
negatief__4
73
Twee huurders van een particuliere woning verzochten om toewijzing
van een bouwperceel. Na een principe-toezegging trok zich terug 1
77
Aan vier inwoners, op de lijst van woningzoekenden geplaatst, werd
formeel een bouwperceel aangeboden.
Hierna nog trok zich één gegadigde terug 1
76
Tenslotte werd aan drie inwoners, op de lijst van woningzoekenden
geplaatst, een bouwperceel verkocht (raadsbesluit van 28.02.78) _3
73
Aan een bewoner van een huurwoning werd een bouwperceel verkocht
(raadsbesluit van 24.01.78) 1
72
Uit de categoriën B sub 4 en B sub 5 werden tenslotte percelen toegewezen
(raadsbesluit voor 11 percelen: 24.01.78) 12
Afgewezen aanvragen tenslotte nog: 60
Van de toegewezen 12 percelen werden er op 24 januari slechts 11 verkocht,
omdat zich ook in dit stadium nog een gegadigde terugtrok. Het resterende
perceel werd verkocht bij raadsbesluit van 28.02.78.
Ofschoon toepassing van de criteria bij een aantal gegadigden tot ongenoegen
heeft geleid, hetgeen overigens te verwachten was, hebben de criteria zelf
ten principale goed gefunctioneerd. De beoordeling als bedoeld in criterium
B sub 4 is inderdaad niet eenvoudig geweest, doch dit kan geen voldoende motief zijn
tot schrapping of wijziging. De toewijzing van percelen, voortvloeiende uit
criterium B sub 5 behoeft naar onze mening wel wijziging. Deze toewijzing heeft
moeten plaatsvinden door loting. Het is ons gebleken, dat deze wijze van toedeling
niet de meest gewenste is. Immers: voor toewijzing op grond van criterium
B sub 4 behoort de vestiging elders in de gemeente op grond van medische en/of
sociale indicatie c.q.op grond van een economisch motief noodzakelijk te zijn.
Dit houdt in, dat een gegadigde voor een perceel bouwgrond naar criterium
B sub 5 moest worden verwezen omdat er geen noodzaak tot vestiging elders was
ofschoen van de wenselijkheid daartoe wel was gebleken.
Bij de toedeling van bouwpercelen op grond van criterium B sub 5 was enige nuan
cering niet mogelijk. Het lot laat zulks immers per definitie niet toe.
Daarom menen wij, dat de criteria correctie behoeven in dien zin, dat in de
toekomst niet door het lot, maar door ons college zal moeten worden bepaald, aan