de concreet gestelde vraag ten aanzien van element A.
De voorzitter antwoordt raadslid Joosen dat drie woningzoekenden en één huurder
van een woningwetwoning een perceel grond hebben gekocht, hetgeen procentueel
op een totaal aantal van 17 percelen niet weinig is. De Gouwen-Oost biedt geen
oplossing voor de woningbouwproblematiekDie oplossing zal in het Kerkeind qevonden
moeten worden.
Het college zou de criteria met voeten hebben getreden. Dit is onjuist, al heeft
raadslid Joosen wel gelijk voor zover zulks betreft het door hem aangehaalde voor
beeld. Dit geval is uitdrukkelijk binnen het college ter sprake geweest daarbij
overwegend datgene wat er besproken is bij het vaststellen van de criteria. Er is
toen van diverse zijden opgemerkt dat een en ander in alle redelijkheid bekeken
moest worden. Het college vond dat met name in deze ene situatie aan een inwoner
van een naburige gemeente, economisch gebonden aan Teteringen, een bouwperceel moest
worden toegewezen, omdat zulks evident redelijk was te achten.
Geen enkel systeem mag leiden tot een mechanische toepassing. Er moeten openingen
gehouden worden voor gevallen als hier ter sprake. De raad heeft een en ander
natuurlijk wel bekrachtigd door tot verkoop van grond aan betrokkene te besluiten
Naar de letter is het college in één geval van de criteria afgeweken, maar spreker
vindt dat deze zaak goed te verdedigen is.
Spreker heeft bemerkt dat een belangrijk deel van de discussie omtrent punt B sub 4
en 5 is gegaan. De groepen 1, 2 en 3 zijn gemakkelijk exact aan te wijzen. De datum,
waarop men op de lijst van woningzoekenden ingeschreven moest zijn om in aanmerking
te komen, was 16 juni 1977 en daaraan is de hand gehouden.
Een groot gedeelte van de 102 aanvragers droeg allerlei soorten motieven aan, op
grond waarvan men tot vestiging in Gouwen-Oost zou willen overgaan. Er is binnen
het college heel wat over gesproken en het is tot de conclusie gekomen dat met name
criterium 4 zo krap en negatief mogelijk moest worden toegepast en dat daarin zo min
mogelijk aanvragers moesten worden toegelaten. Als de deur naar de medische/sociale
indicatie ruim was opengezet dan waren er in groep 4 zo'n 30 tot 40 aanvragers
terecht gekomen, hetgeen betekend zou hebben, dat er in die groep dan geloot had
moeten worden. Dit had er toe kunnen leiden, dat de ernstigste gevallen niet
aan bod gekomen zouden zijn. Vandaar de rem op die groep. Er zijn dan ook weinig aan
vragers in terecht gekomen.
Daarna rest dan groep B 5. Het probleem hiermee was, dat er tussen medisch of sociaal
noodzakelijk en het motief van graag in Gouwen-Oost willen wonen, een groot scala
zit. De moeilijkheid bij deze groep was, dat alle aanvragers hier gelijke kansen
hadden, of zij nu een motief hadden aangevoerd of niet.
De voorzitter zegt dat er inderdaad thans nagekaart wordt over de toepassing van de
criteria. Het college is tussentijds bijde raad teruggekomen met name om een grens
van 1 januari 1975 in te voegen en dat hield een vertraging in afwerking van lk maand
in. Een nog grotere vertraging zou bepaald onjuist geweest zijn.