GEMEENTE TETERINGEN Martens Raadsvergadering 5 september 1978. Agendanr. 2 Installatie van de leden van de raad. Teteringen, 22 augustus 1978. Artikel 45 van de gemeentewet schrijft voor, dat de raadsleden bij het aanvaarden van hun betrekkingen een zuiveringseed (óf belofte) en een ambtseed (of belofte) af leggen in handen van de voorzitter. De tekst van de eed (verklaring en belofte) van zuivering luidt als volgt: "Ik zweer (verklaar)dat ik, om tot lid van den raad te worden benoemd, directelijk "of indirectelijk, aan geen persoon, onder wat naam of voorwendsel ook, eenige "giften of gaven beloofd of gegeven heb. "Ik zweer (beloof)dat ik om iets hoegenaamd in deze betrekking te doen of te "laten, van niemand hoegenaamd eenige beloften of geschenken aannemen zal, "directelijk of indirectelijk. "Zoo waarlijk helpe mij God almachtig "("Dat verklaar en beloof ik De tekst van de ambtseed (belofte) die aansluitend wordt uitgesprokenluidt als volgt: "Ik zweer (beloof) trouw aan de Grondwet en aan de wetten des Rijks, en dat ik de "belangen der gemeente Teteringen met al mijn vermogen zal voorstaan en bevorderen. "Zoo waarlijk helpe mij God almachtig "(Dat beloof ik!") De leden van uw raad zullen worden uitgenodigd tot het afleggen van de voorgeschreven eden of beloften. Burgemeester en wethouders van Teteringen Aarts burgemeester. secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 2