GEMEENTE TETERINGEN
Raadsvergadering 5 september 1978. Agendanr. 4
Aanwijzing van een lid en een plaatsvervangend lid voor de gewestraad
van het Stadsgewest Breda.
Teteringen, 30 augustus 1978.
Aan de Raad,
Artikel 6, lid 1, van de Regeling Stadsgewest Breda luidt sinds wijziging van
3 juli 1978 als volgt:
"1. De gewestraad bestaat uit:
a. de burgemeester van elke deelnemende gemeente;
b. een wethouder, aan te wijzen door het college van burgemeester en wethouders
van elke deelnemende gemeente;
c. een lid aan te wij zen door en uit de raad van elke deelnemende gemeente met een
inwonertal beneden de 10.000 inwoners;
d. twee leden aan te wijzen door en uit de raad van elke deelnemende gemeente met
een inwonertal van 10.000 of meer, maar minder dan 20.000;
e. drie leden aan te wijzen door en uit de raad van elke deelnemende gemeente
met een inwonertal van 20.000 of meer, maar minder dan 40.000;
f. vier leden aan te wijzen door en uit de raad van elke deelnemende gemeente met
een inwonertal van 40.000 of meer, maar minder dan 60.000;
g. vijf leden aan te wijzen door en uit de raad van elke deelnemende gemeente
met een inwonertal van 60.000 of meer, maar minder dan 80.000;
h. zes leden aan te wijzen door en uit de raad van elke deelnemende gemeente
met een inwonertal van 80.000 of meer, maar minder dan 100.000;
i. acht leden aan te wijzen door en uit de raad van elke deelnemende gemeente
met een inwonertal van 100.000 of meer"
Het eerste lid van artikel 7 van de Regeling Stadsgewest Breda bepaalt, dat het
lidmaatschap van de gewestraad eindigt op de dag, waarop de zittingsperiode
van hen, die door de colleges van burgemeester en wethouders c.q. de raden van
de deelnemende gemeenten zijn aangewezen, afloopt.
Voorts is bepaald, dat de gemeenteraden en de colleges van burgemeester en
wethouders in hun eerste vergadering van elke zittingsperiode over de aanwijzing
van nieuwe leden vande gewestraad beslissen.