Zij hebben zich schriftelijk tot het college gewend en de brief tevens doen toekomen
aan de raad. Deze laatste brief heeft zij niet aangetroffen bij de ingekomen stukken.
Raadslid Schreinemachers vraagt naar aanleiding van de ingekomen stukken als vermeld
sub I, b, (20e begrotingswijziging) een verklaring voor de forse stijging van de post
"reis- en verblijfkosten". Hij acht het van belang de te dezer zake geldende rege
lingen aan de leden van de raad bekend te maken.
Met betrekking tot de post "kunstzinnige vorming" is het hem opgevallen, dat het oor
spronkelijk geraamde bedrag met 7500,is verlaagd.
Is er voor deze verlaging een verklaring Kan er op korte termijn van het college
een visie komen op dit hele gebeuren?
Aan het adres van raadslid Biersma-Brounts merkt de voorzitter op, dat alle aan de
raad gerichte stukken ook inderdaad bij dat college ter tafel worden gebracht. Zo'n
stuk moet dan wel tijdig zijn ontvangen en in voorkomende gevallen gedegen zijn voor
bereid. De brief van de bewoners van het Boekentveld was gericht aan het college en in
afschrift toegezonden aan de raadsleden en derhalve niet aan het orgaan: de
gemeenteraad.
Spreker zegt zich te verbazen over de poging van raadslid Schreinemachers om een
discussie te openen over zaken, waartoe op 22 augustus j.l. door de raad besloten
werd. Het gaat nu alleen over de goedkeuring door G.S. van de door de raad genomen
besluiten tot begrotingswijziging. De raad heeft al besloten; daar behoeft niet meer
over gediscussieerd te worden. De vragen, die raadslid Schreinemachers nu heeft gesteld,
passen heel goed bij de schriftelijke begrotingsbehandeling, zoals die voor het eerst
dit jaar gepractiseerd gaat worden.
Wanneer de raad zou vragen om enige toelichting, bijvoorbeeld op de begroting, dan
is spreker gaarne bereid, die te geven.
Raadslid Schreinemachers zegt, dat het niet in zijn bedoeling lag om een discussie te
heropenen. Hij heeft slechts gevraagd om een notitie, hoe een en ander functioneert.
De voorzitter zegt, dat er een aantal mogelijkheden zijn voor het raadslid om zich
uitgebreid te doen informeren. Daarnaast is hij bereid om zelf die informaties te
verstrekken, waaraan de raad behoefte blijkt te hebben.
Raadslid Schreinemachers vraagt of het mogelijk is voortaan alle voorlichtingsnummers
van het Stadsgewest aan de raadsleden te doen toekomen.
De voorzitter antwoordt daarop, dat de raad daartoe kan besluiten. Het college zal
zich over deze vraag beraden.
Raadslid Schreinemachers vraagt vervolgens, of het oud papier nog steeds afzonderlijk
naast het huisvuil wordt opgehaald.
De voorzitter zegt, dat er voor het ophalen van het oud papier indertijd een aparte
vergunning is verleend. Het zou kunnen zijn, dat op het ogenblik van deze vergunning
geen gebruik meer wordt gemaakt.
Voor het van gemeentewege doen ophalen van oud papier is een besluit van de raad
nodig. Dit is overigens een nogal ingrijpende aangelegenheid, die nog al wat kosten