Wethouder van Beek voegt hieraan toe, dat het voor verpachters practisch niet te
doen zou zijn om een pachter aan te wijzen. Het aantal gegadigden zou enorm groot
zijn. Aanwijzing van een pachter zou daarom tot zeer veel ongenoegen leiden.
Wethouder van Beek bevestigt dit.
Dit agendapunt wordt voor kennisaeving aangenomen.
-5-
De voorzitter antwoordt hierop, dat dit polderveld gemeenschappelijk eigendom is
van het waterschap en van de gemeente. Enige jaren geleden is er een afspraak
gemaakt dat, wanneer er een polderveld vrij van pacht zou komen, tot openbare
verkoop zou worden overgegaan.
Raadslid Biersma-Brounts zegt te begrijpen, dat er zeer veel gegadigden voor
pacht zouden zijn.
Raadslid Biersma-Brounts zegt dat zij tegenstander is van verkoop van grond.
Wethouder van Beek zegt hierop, dat dit voorstel een uitvloeisel is van een enige
jaren terug met het Waterschap gemaakte afspraak.
Raadlid de Jong merkt hierna op, dat het een jaar of twaalf geleden zal zijn, dat
er poldervelden, bij het vrijkomen van pacht, opnieuw in pacht werden uitgegeven.
Onder de talloze gegadigden werd toen geloot. Heeft een pachter bij beëindiging
van de pacht een rechtsopvolger, dan wordt er opnieuw verpacht. Is dat niet het
geval, dan wordt volgens afspraak overgegaan tot publieke verkoop.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders.
6. Voorstel tot het verpachten van gemeentelijke landbouwgronden en poldervelden.
Raadslid Joosen zegt, dat het voorstel tot een verhoging van de pachtprijzen met
25% hem verbaast. Is de Pachtkamer om advies gevraagd
Raadslid de Jong zegt, dat aanvankelijk ook zijn fractie van mening was, dat een
verhoging met 25% nogal drastisch is. Berekent men echter het totaal van de pacht
som, dan blijkt die toch nog zeer laag te zijn. De Grondkamer zou ongetwijfeld
tot een hogere taxatie komen. Dat kon wel eens 275,tot 290,per hectare zijn.
Wethouder van Beek zegt het met raadslid de Jong eens te zijn, dat de totale
pachtsom na een verhoging met 25% nog steeds zeer laag te noemen is.
Raadslid Joosen zegt, dat een door de overheid voorgestelde verhoging van 25% hem nog
steeds erg veel lijkt. Het feit, dat de pachter hier geen greep op heeft en dat hij
nog meer zou moeten betalen als hij over de hoogte van de pachtsom zou gaan procederen,
doet hieraan niets af.
De voorzitter antwoordt hierop, dat, indien men aan een redelijke vergoeding voor het
geïnvesteerde kapitaal zou willen toekomen, men al snel de door raadslid de Jong
genoemde bedragen per hectare benadert. De bedragen, waar het hier om gaat, liggen
beduidend lager. Indien de voorgestelde bedragen toch nog te hoog zouden zijn, zal
de Grondkamer wel van haar bezwaren doen blijken. Hierna wordt zonder hoofdelijke
stemming besloten overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders.
7. Aanbieding van de beqroting 1979 van het grondbedrijf, het woningbedrijf, het
centraal antennebedrijf en de algemene dienst.
