45 De voorzitter stelt voor de motie te doen wijzigen in dien zin, dat in plaats van "wethouder van Beek" wordt gelezen: "het college". Hierna merkt spreekster op, dat zij geen antwoord heeft gekregen op haar vraag, of het college wil bevorderen, dat artikel 18 van de Algenene Voorwaarden voor de verkoop van bouwgrond wordt aangepast. Hoe denkt het college over het treffen van maatregelen, die grondspeculatie kunnen voorkomen? Haar fractie wil een amendement indienen, inhoudende het maken van een begin met het plaatsen van verbodsborden voor honden bij kinderspeelplaatsen en het inrichten van hondentoiletten. De meerdere be lastingopbrengst op het houden van honden wil zij gaame daaraan besteed zien. Met haar opmerking inzake een sportraad bedoelt z ij inderdaad een oommissie ex artikel 61 der gemeentewet. Zij zal daar later nog eens op terugkomen. De voorzitter merkt op, dat door raadslid Braat met betrekking tot de Sportraad niet werd gesproken over overdracht van bevoegdheden. Daarom was er enige twijfel over wat nu precies de bedoeling was. Het verdient inderdaad aanbeveling om deze kwestie nog eens goed te bestuderen. Raadslid Biersma-Brounts vervolgt hierna met te zeggen, dat zij het toch zeer op prijs zou stellen indien er een discussie aangegaan zou worden inzake de mogelijke invoering van een continurooster op de openbare scholen. Zij is het met wethouder Rienks eens, dat, gezien het te ontvangen subsidie op grond van de rijksbijdrageregeling sociaal-cultureel werk, een uitgebreide procedure voor het vaststellen van een welzijnsplan overbodig is. Wel is goed overleg net het J.A.R. van belang. Waar gesproken wordt over een intern welzijnsplan is het ook haar bedoeling, dat nagegaan wordt of alle verleende subsidies wel nodig zijn. Het alleen maar moeten aanbieden van een begroting door de subsidie- verkrijgenden acht zij onvoldoende. Een concreter antwoord ziet zij gaame van de wethouder tegemoet. Raadslid Joosen vraagt vervolgens, of het verzoek om kommentaar op het verkeersstructuur- plan reeds is toegezonden aan het Stadsgewest en aan de gemeenten Breda en Oosterhout. Kan het tijdstip bepaald worden, waarop behandeling in de raad zal kunnen plaatsvinden? Onze twijfels inzake de noodzaak van een particuliere commissie ter bestudering van het ontwerp-streekplan wordt beantwoord met de bemerking, dat zulks nodig is uit een oogpunt van coördinatie. Geen antwoord werd ontvangen op de vraag, hoe het college staat tegemover deze politieke manoeuvre. Evenmin werd antwoord^op1 ^e^Vraaghoe het college niet deze groep denkt samen te werken.Zijn fractie is blij met de mededeling, dat ook het college denkt aan een snelle realisering van de woningbouw aan het Hoeveneind. Dat het college positief staat tegenover het scheppen van woongelegenheid voor een- en twee persoons huishoudens stemt zijn fractie tot voldoening. De beantwoording door de wethouder op de vragen inzake de renovatie verbaast zijn fractie ten zeerste. Beginnende m de vergadering van 16 augustus 1977 en daarna op 27 september 1977 en ook nu weer heeft zijn fractie indringende vragen over de renovatie gesteld. Het is het college niet duidelijk waarom er nu ineens grote problemen zijn geconstateerd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 55