54
een uitgebreide en ingewikkelde prioriteitenstelling. Als er bijv. inzake het
schoolzwemmen te zijner tijd conclusies worden getrokken, dan zal samen vastgesteld
moeten worden, hoe en wanneer tot verwezenlijking gekomen moet worden. Dat is ook
een vorm van prioriteitenstelling. Er kan best een overzicht worden geproduceerd
van de zaken, waarmee de gemeente thans geconfronteerd wordt. Een dergelijk over
zicht heeft echter niet zo'n grote prioriteit, dat reeds in de raadsvergadering van
februari daarover gediscussieerd kan worden. Wat meer respijt is beslist wel nodig.
Met betrekking tot de subsidiëring van de Raad van Europese Gemeenten merkt spreker
op, dat men met een beëindiging daarvan toch wat voorzichtig moet zijn. in 1976 is de
wens te kennen gegeven om een jumelage met een buitenlandse gemeente aan te gaan.
Deze wens heeft niet tot zeer grote aktiviteiten geleid van de zijde van het college.
In 1977 is er overigens nog een poging gedaan tot een hernieuwd contact met Meise in
België. Die poging is mislukt. Wanneer een jumelage alsnog gewenst wordt, dan moet
men nu geen afscheid nemen van de Raad van Europese Gemeenten. Al is er vele jaren niets
gebeurd dan betekent dat nog niet, dat er in de toekomst niet actiever zal worden op
getreden. Met name zou via het informatiecentrum geprobeerd kunnen worden meer belang
stelling te wekken voor de Europese gedachte. Met betrekking tot de hoogte van de posten,
opgenomen in de begroting zegt spreker, dat deze gerelateerd wordt aan de hand van
de werkelijke uitgaven van het vorige jaar met dien verstande, dat bij het samen
stellen van de begroting nog pas gedeelte van het voorafgaande jaar is verstreken.
De totale werkelijke uitqaven van dat voorafgaande jaar zijn derhalve dan nog niet
bekend.
Het is dan toch verstandig, dat de budgettaire ruimte, die er is, opengehouden wordt
tot het moment, waarop men weet, dat die ruimte niet meer nodig is. Aanpassing vindt
dan plaats via begrotingswijziging. Er zijn inderdaad een aantal posten, waarin wat
ruimte aanwezig is. Spreker is het er ook mee eens, dat zulks toch zo beperkt mogelijk
moet zijn, om de raad zo duidelijk mogelijk zicht te geven op de beschikbare financiële
ruimte.
Wil het informatiecentrum naar behoren gaan functioneren, dan zullen daarvoor inderdaad
wat kosten genaakt moeten worden.
Voor de toewijzing van bouwgrond in het Kerkeind is er nog geen regeling. Daarover zal
te zijner tijd overleg met de raad plaatsvinden.
Wethouder van Beek zegt, dat het niet bekend zijn van klachten inzake de renovatie
waarschijnlijk te maken heeft met het goed functioneren van de ambtelijke dienst.
Indien de dienst Bouw^ en Woningtoezicht de klachten kan oplossen, komen ze niet nog
eens bij het college terecht. Aan binnenkomende klachten zal overigens meer richting
gegeven worden, zodat ze beter behandeld kunnen worden. Het college voelt niet
voor een sportraad ex artikel 61 der gemeentewet.
De maatvoering van de gemeente leent zich daartoe niet. Het zou bovendien te ingrijpend
2i]n in de bestaande bestuursstructuur.
