GEMEENTE TETERINGEN
Antwoord van burgemeester en wethouders op de schriftelijke vragen, gesteld
in verband met de ontwerp-begrotingen 1980 en de nota van aanbieding.
Vraag: Wat stelt het college zich voor onder "nauwkeurig omschreven besluit
vormingsprocedures
Antwoord: Voor met name meer ingewikkelde onderwerpen lijkt het noodzakelijk om,
teneinde tot een tijdige en juiste besluitvorming te komen, vooraf
de methodiek vast te stellen waarlangs de besluitvorming tot stand
moet komen. Daarbij dient aandacht geschonken te worden aan:
a. tijdschema;
b. de taakomschrijving van de bij de besluitvorming betrokkenen t.w.
adviseurs, commissies, raad, b. en w. enz.;
c. plaats en functie van de inspraak.
Vraag: Kan het college een duidelijke omschrijving geven van hetgeen het verstaat
onder:"de nadere uitwerking van een aantal planningen op facetten van het
beheer"eventueel toegelicht met enkele voorbeelden?
Antwoord: Bepaalde onderdelen van het beheer lenen zich voor planning op langere
termijn. Hier valt te denken aan bijv. de onderhoudsplanning voor de
woningwetwoningen. Door een dergelijke planning worden enerzijds
de jaarlijkse lasten meer gelijkmatig verdeeld terwijl anderzijds
hiermee getracht wordt het onderhoud een zo veel mogelijk preventief
karakter te geven. In het algemeen heeft deze planning een tweezijdig
karakter t.w. technisch en financieel.
Vraag: Over hoeveel jaren zou een voorgestelde meerjarenbegroting zich gaan
uitstrekken en per welk jaar zou een dergelijke begroting ingaan?
Antwoord: De voorgestelde meerjarenbegroting, die wij u in het eerste kwartaal
1980 hopen te kunnen aanbieden, zal zich uitstrekken over een vijftal
jaren. Doel van deze begroting is het op wat langere termijn zicht
bieden op de financiële situatie van de gemeente.
Vraag: Hoe vaak zijn in het afgelopen jaar de sportadviescommissie en de commissie
planologische maatregelen feitelijk in vergadering bijeen geweest? Hoeveel
leden waren er aanwezig?
Antwoord: De commissie planologische maatregelen vergaderde in 1979 drie en de
sportadviescommissie vijf keer. Deze commissies functioneren naar behoren.
Het tweede deel van deze vraag achten wij niet relevant zodat wij niet
tot beantwoording zullen overgaan.
Vraag: In de sportadviescommissie zijn naast raadsleden en een ambtenaar slechts
enkele personen benoemd, die een relatie vertegenwoordigen met een sport
vereniging. Als men meent, dat belanghebbenden een stem moeten hebben bij
de bepaling van het beleid t.a.v. sport, is het dan niet wenselijk dat