Konforin artikel 22 van de gemeenschappelijke regeling heeft de
gemeente echter de verplichting verliezen op hypothecaire lenin
gen in geval van executie aan het H.N.G. te vergoeden, waardoor
de gemeente dus financiële risiko's loopt. De aangesloten gemeen
ten kunnen zelfs risiko's lopen, buiten de schuld van de gemeente
en de geldnemer om, zoals in geval van b.v. plotselinge werkeloos
heid.
De financiële risiko's tengevolge van executies, die door alle aan
gesloten gemeenten worden gelopen, worden door het in het leven
roepen van een bestemmingsfonds in gelijke mate over de gemeenten
verdeeld, waardoor de gelden van de reserve weliswaar niet in de
vorm van uit te keren winst naar de gemeenten vloeien, doch in
de vorm van een tegemoetkoming ingeval van geleden verlies door de
betreffende gemeente.
De hoogte van het bestemmingsfonds wordt bepaald op 1 o/oo van het
uitstaande hypotheekbedrag per 31 december van enig jaar.
Ingeval er sprake is van een executoriale verkoop, die een verlies
tot gevolg heeft, doch waaraan een gemeentegarantie ten grondslag
ligt, zal uiteraard via de betreffende gemeente getracht worden de
50% rijksdeelname in het verlies bij het rijk te claimen.
Artikel 22 van de gemeenschappelijke regeling inzake de vergoeding
door de gemeente aan het H.N.G. ingeval van verliezen tengevolge
van executies zal worden gehandhaafd om aan eventualiteiten in de
toekomst het hoofd te kunnen blijven bieden, wanneer het in het
J leven te roepen bestemmingsfonds in een voorkomend geval niet toe
reikend mocht zijn.
Het artikel is echter qua tekst aangepast.
i
t
III. Bij de oprichting van het H.N.G. is de gemeenschappelijke regeling
vrijwel exact overgenomen van het Bouwfonds voor Limburgse Gemeenten
te Geleen, waar het gebruikelijk was, dat potentiële kopers van wo
ningen werden ingeschreven op een wachtlijst totdat de benodigde
gelden waren aangetrokken om tot verstrekking van de lening te kunnen
overgaan.
Thans echter wordt de aanvrager van een hypothecaire lening, mits hij
aan de gestelde eisen voldoet, een lening verstrekt, zonder dat tij
dens de behandelingsduur van de aanvraag op enigerlei wijze sprake
is van een inschrijving als eerder omschreven, waardoor het in reke
ning brengen van 10,= inschrijfgeld niet meer reëel is.
Voor de oorlog werd door potentiële kopers van woningen deelgenomen
in een renteloze bouwkas. Er werd gespaard zonder dat een rentever
goeding over de ingelegde gelden werd vergoed.
Uit de spaarkas werd, zodra voldoende middelen ter beschikking waren,
aan degene die het langste spaarde een renteloze hypothecaire lening
beschikbaar gesteld.
Do spaarder nam deel in de bouwkas en werd als zodanig "deelnemer"
genoemd
Thans zijn alle spaar- en bouwkassen verdwenen en worden slechts
leningen verstrekt waarover rente verschuldigd is, waardoor het be
titelen van de hypotheekgever met "deelnemer" als onjuist moet worden
beschouwd.
2.
