Raadslid Joosen zegt in tweede termijn, dat er in de brief vermeld staat
dat het college gezegd heeft, dat de bibliotheek vóór augustus 1980 over
een eigen ruimte zou kunnen beschikken. Is dit toegezegd en zo ja, waarom
is dat niet doorgegaan? Hij vindt het vreemd dat de bibliotheek niet in
't Web ondergebracht kan worden. Waarcm kan dat niet? Hij vindt, dat deze
vorm van cultuur in het gemeenschapshuis thuishoort. Het huidige bestuur
doet er alles aan om de exploitatietekorten zoveel mogelijk te beperken.
Als via de bibliotheek 1000 mensen regelmatig het gemeenschapshuis
bezoeken moet er toch ruimte voor gevonden c.q. gebouwd kunnen worden.
De voorzitter zegt dat het de uiteindelijke beslissing van het bestuur
van de bibliotheek geweest is om gehuisvest te worden in "Klavertje Vier".
Deze ruimte werd geprefereerd boven de ruimte in 1t Web.
Raadslid Joosen vraagt wie er toch een toezegging heeft gedaan.
Wethouder Rienks-Schiedon antwoordt hierop, dat de brief is geschreven
naar aanleiding van een gesprek op 3 septanber j1Het ruimteprobleem
speelt al jaren. Bij de bespreking van de nota van aanbieding is gezegd
dat het een goede zaak lijkt om eerst de bestaande ruimten binnen de
gemeente te bekijken alvorens zich te beraden over andere vormen van
behuizing voor de bibliotheek. Vandaar het voorstel tot huisvesting in
"Klavertje Vier". Dit voorstel wordt nu overgenomen door de bibliotheek.
Het zal U bekend zijn, zo zegt zij, dat er een bibliotheekwet is, waarin
staat dat gemeenten van bepaalde grootte verplicht zijn een bibliotheek
in stand te houden.
Deze gemeente kan volstaan met een uitleenbibliotheek.Gehoorgevend aan deze
wetgeving ligt het in de bedoeling een uitleenbibliotheek te realiseren.
Een aantal jaren geleden is door de raad van deze gemeente besloten om te
streven naar realisering van een openbare bibliotheek.Het enige wat er nu
gebeurt, is het uitvoeren van een raadsbesluit.
Raadslid Joosen zegt dat, wanneer hij het goed begrijpt, er wel een
toezegging is gedaan, maar dat deze niet werd geaccepteerd.
Wethouder Rienks-Schiedon zegt hierop, dat het college toegezegd heeft te
zullen bevorderen dat de bibliotheek, op z'n vroegst per 1 augustus 1980,
over een eigen ruimte die zal voldoen aan de voorwaarden, die gesteld
worden aan een uitleenbibliotheek zal kunnen beschikken. Nu is de bibliotheek
nog een uitleenpost, maar uitleenposten vervallen in het kader van de
bibliotheekwet. De gemeente zal dus een uitleenbibliotheek in stand moeten
gaan houden, hetgeen een vorm is tussen een openbare bibliotheek en een
uitleenpost