Allereerst als lid van de fractie Dorpsgemeenschap. Teteringen is niet de
enige gemeente in het land, waar een gebeuren als dit van vanavond zich
afspeelt. Tussentijds aftreden van een wethouder, dat kan men in heel
veel grote en kleine gemeenten zien. Het is een indicatie voor de steeds
toenemende zwaarte van de taak en van de druk, die dat ambt met zich
meebrengt. Dat mag men niet vergeten als men oordeelt over het terugtreden
van een wethouder. De bezwaren tegen zo'n tussentijds aftreden kunnen
mogelijk in theorie gelden, maar het is de vraag of ze in dit geval de
rechte weg naar rechtvaardig oordelen niet blokkeren.
Zij stelt er uitdrukkelijk prijs op, ook in dit gezelschap, de oprechte
waardering uit te spreken voor alles wat de heer van Beek in de afgelopen
periode als wethouder heeft gedaan.
Hem kcmt respect en dankbaarheid toe voor de wijze waarop hij zijn taak
heeft vervuld. Zijn groot verantwoordelijkheidsgevoel ten opzichte van
diegene, die hem gekozen hebben als raadslid en als wethouder blijkt
misschien het beste uit zijn aftreden op dit moment. Hij wenste geen
genoegen te nemen met minder dan optimaal functioneren.
De inbreng van wethouder van Beek is in haar fractie altijd een grote en
een zeer gewaardeerde geweest.
Hij was een schoolvoorbeeld van de stelling: een wethouder blijft met
zijn specifieke eigen verantwoordelijkheid deel uitmaken van de fractie,
geen dualisme dus;wel over en weer spreken en luisteren.
Zij is er erg gelukkig mee, dat hij zijn intense betrokkenheid bij het
gemeentelijk gebeuren nu gestalte wil geven in een raadslidmaatschap.
Tenslotte, zo zegt zij, een kort persoonlijk woord.
"Niemand aan deze tafel betreurt het vertrek van wethouder van Beek meer
dan ik. Ik ben zojuist door U aangewezen als zijn opvolger. Degenen, die
hun stem op mij uitbrachten, dank ik voor hun vertrouwen. De overigen zou
ik willen vragen mij een eerlijke kans te geven, los van alle mogelijke
vooroordelen. U allen zeg ik toe, dat ik met inzet van al mijn krachten
naar eer en geweten deze taak op mij zal nonen. Ik durf U te vragen:
bespaar mij de vergelijking met mijn voorganger. Staat U mij toe mijn
taak op mijn eigen wijze in te vullen in verbondenheid met U als raad en
in collegialiteit met U, mevrouw Rienks en met U, voorzitter."