Zij betreurt ook die uitspraken. Zij is overigens van mening dat dit niet
de juiste plaats is om hierover in discussie te gaan.
Zij juicht toe dat ambtenaren zich in een vakbond organiseren om hun
belangen op alle fronten te verdedigen. Zij vindt het eveneens een goede
zaak als vakbonden politieke druk proberen uit te oefenen.
Zij heeft er echter wel bezwaar tegen, dat de voorzitter bij zijn uitspraken
zijn ene funktie zo nadrukkelijk koppelt aan zijn andere, namelijk dat hij
in deze gemeente burgemeester is. Haar fractie is niet voor teveel ver
menging van functies en als deze vermenging van functies dan optreedt dient
de ene functie de andere niet te schaden. Zij vindt dat de voorzitter als
zeer ervaren bestuurder de effecten van zijn publieke uitspraken beter had
moeten voorzien in welke functie hij die dan ook doet. Zij vindt dat dit
Teteringen geen goed gedaan heeft.
Raadslid Joosen zegt naar aanleiding van het gestelde onder punt IV sub e
dat uit het bezwaarschrift van de Stichting "Het Zuiderkruis" blijkt, dat
het moeite heeft met de voorlichting, die de gemeente dienaangaande gegeven
zou hebben. Zijn fractie vraagt zich af in hoeverre dit juist isl
Raadslid Schreinemachers zegt naar aanleiding van het gestelde onder punt IV
sub e dat de Stichting "Het Zuiderkruis" zich op een terrein beweegt waar
men blij mee moet zijn. De raad heeft daarvan dan ook duidelijk in het ver
leden blijk gegeven. Deze Stichting dreigt nu echter tussen wal en schip
te geraken. Hij heeft het gevoel dat er tal van ccmrnunicatiestoornissen
zijn. Hij vraagt zich af, of de Stichting weet dat het college het ministerie
heeft aangeschreven. Hij hoort in de gemeente wel eens een klacht dat men
onvoldoende geïnformeerd wordt over zaken. Hij kan zich voorstellen dat,
als het college zich met het ministerie in verbinding stelt over een
onduidelijkheid in de uitvoering van regelingen, het dan de betreffende
stichting daarvan op de hoogte brengt.
De voorzitter zegt aan het adres van de raadsleden Joosen en Schreinemachers,
dat de brief van de Stichting "Het Zuiderkruis" beschouwd wordt als een
arob-beroepjgericht aan de raad. Dat betekent dat een raadscommissie zich
hierover gaat buigen en dat de hele kwestie straks ter behandeling terug
komt in de raad.
Aan het adres van raadslid Biersma-Brounts zegt hij dat het hier inderdaad
niet de juiste plaats is om over het door haar bedoelde ingekomen stuk in
discussie te gaan. Na het vragenhalfuur wil hij er graag op terugkomen.
Raadslid Schreinemachers merkt nog op dat, wanneer de brief van de Stich
ting "Het Zuiderkruis" beschouwd wordt als een arob-beroep, en de Stichting
dit pas over een maand zou weten, dit hem toch niet erg bevorderlijk lijkt.
