-32-
Hierna verkrijgt raadslid Schreinemachers het woord. Deze betoogt als
volgt:
Mijnheer de Voorzitter.
Voorzitter, in deze laatste vergadering van het jaar is het plezierig
te kunnen constateren dat er het afgelopen jaar een positieve ontwikkeling
is ingezet, die niet alleen tot verbetering, hoe schuchter wellicht ook,
van de verhouding binnen de raad en tussen de raad en uw college leidde,
maar zich tevens lijkt te gaan aftekenen in voorbereiding van beleid,
zoals we dat hebben kunnen terugvinden in de bij de Nota van Aanbieding
behorende meerjarenbegroting 1981 t/m 1985. Plezierig, Voorzitter, alhoewel
we vinden dat een en ander wel lang op zich heeft laten wachten. Temeer
als we in aanmerking nemen dat we ons vanavond over de meerjarenbegroting
niet eens hoeven uit te spreken, en ons uitdrukkelijk moeten beperken
tot de behandeling van de voorliggende begroting 1981. Niettemin zijn
wij blij, Voorzitter, dat het nu eindelijk zover is, en dat we op korte
termijn af kunnen van een onoverzichtelijk ad hoe beleid, waardoor er via
duidelijke prioriteit-stelling zicht kan komen op de te verwachten inves
teringen en de daaruit voortvloeiende lasten voor de inwoners.
Alvorens ik nu naar een aantal punten uit de voorliggende begroting en uw
Nota van Aanbieding toega wil ik eerst onze complimenten uitspreken aan
het adres van uw afdeling Financiën, die de zaak toch weer tijdig sluitend,
en zelfs meer dan dat, heeft weten te krijgen. Ook ditmaal weer een welge
meende hulde aan het adres van mevrouw De Vries en de heer Van den Bemt en
tevens dank voor de toelichting die zij aan de raad in hun vrije tijd
hebben willen geven.
Voorzitter, de financiële situatie lijkt momenteel, de huidige begroting
als uitgangspunt nemend, gunstig. Dat met name infrastrukturele voorzie
ningen de komende jaren grote offers gaan vragen, verwachtten we al lang.
Dat die niet duidelijk in de begroting tot uitdrukking komen moeten we
ons goed realiseren. Niettemin zal echter uitdrukkelijk in overleg met de
raad bepaald moeten worden welke tijdsfasering zal worden aangehouden,
uiteraard een belangrijke zaak die van invloed is op de spreiding van de
investeringen over de komende jaren.
Het doet ons dan ook genoegen van u te hebben mogen vernemen dat op zeer
korte termijn het meerjarenperspektief ter discussie zal staan.
