-75-
Raadslid Biersma-Brounts zegt, dat zij de vragen gesteld heeft.
De voorzitter vraagt nogmaals of het college bij het verstrekken
van de bouwvergunning Rienks behoorlijk gehandeld heeft.
Raadslid Biersma-Brounts zegt, dat zij deze vraag bevestigend wil
beantwoorden. Zij wenst er echter aan toe te voegen, dat zij er
principieel wel moeite mee heeft.
De voorzitter zegt dit niet te begrijpen.
Raadslid Biersma-Brounts is er van overtuigd, dat er juridisch geen
speld tussen te krijgen is, dus dan heeft het college behoorlijk
gehandeld
De voorzitter zegt er blij mee te zijn, dat een en ander thans erkend
wordt.
Raadslid Biersma-Brounts vervolgt en zegt, dat zij van mening is dat,
als er over een zaak druk gepraat wordt, er in de raad een antwoord
wordt gegeven. Dat was het doel van haar vraag.
De voorzitter herinnert het raadslid eraan, dat zij zojuist gezegd
heeft dat het college behoorlijk gehandeld heeft. Het heeft dan gedaan
wat het moest doen. Dan moet u niet achteraf een vraagteken bij uw
"ja" stellen.
Raadslid Biersma-Brounts zegt te menen, dat het college juridisch
volkomen gelijk heeft. Het heeft dan ook behoorlijk gehandeld. Zij
wenst er bij op te merken dat, als zij een plaats binnen het college
gehad had, zij zo niet gehandeld zou hebben.
De voorzitter zegt dat het college niet anders te doen heeft dan
overeenkomstig de wet te handelen.
Raadslid Biersma-Brounts zegt er van overtuigd te zijn dat wethouder
Vossenaar-Blokdijk niet uit oportunistische overwegingen lid van D'66
geworden is. Zij denkt dat die principes ook zullen doorwerken in haar
wethouderschap. Zij is daar blij om, want zij denkt dat die (principes)
niet zo ver van haar partij af staan.
Zij dankt vervolgens de voorzitter voor de aangeboden excuses.
Zij heeft een vraag gesteld over"'t Web", deze vraag vindt zijn oorzaak
niet in verkregen informatie van buitenaf, maar in een vergelijking van
de begrotingen 1979 en 1981. In 1979 wordt een bedrag geraamd van
120.000.In de begroting 1981 wordt een bedrag van 140.000.
aangegeven als zijnde de werkelijke uitgaven van het vóór-vorige
dienstjaar en zij denkt dat dit 1979 is.
Zij concludeert dus een verschil van 20.000.
