In onze bussen van het Openbaar Vervoer kan men een bordje lezen:
"Opstaan voor een ouder iemand misstaat niemand. Integendeel."
Met een kleine variant hierop zou hij willen zeggen:
"Gemaakte fouten erkennen misstaat niemand". Integendeel."
Zijn gelijk schept geen voldoening. Het kostte de gemeenschap immers geld.
Raadslid de Jong zegt dat deze rekeningen in carmissoriaal verband uitvoerig
besproken zijn.
Zij zijn uitstekend toegelicht door de ambtenaren van de afdeling Financiën.
Hij brengt hen daarvoor namens zijn fractie oprecht dank. Met het voorstel
tot voorlopige vaststelling van deze rekening kan zij instemmen.
De voorzitter zegt in zijn antwoord aan het adres van raadslid Joosen, dat op
4 juni 1981 door de raad ten behoeve van de renovatie van een aantal
woningwetwoningen een crediet gevoteerd is van ruim 51.000.ten laste van
de Algemene Bedrijfsreserve. Dit bedrag vormt het verschil tussen de werkelijke
kosten van de renovatie en de kosten, zoals die door het Ministerie van
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening zijn aanvaard. De werkelijke kosten
bedroegen 982.905,72, de geaccepteerde kosten beliepen een bedrag van
931.392,87.
Dezerzijds wordt niet betwist, dat er inzake de renovatie geen fouten ge
maakt zouden zijn. Reeds eerder werd zulks betoogd. De rentekosten worden niet
geaccepteerd. Ze worden dan ook niet gedeclareerd. Ze zijn overigens wel
opgenomen in de totale kosten.
Ze zijn daarbij een van de componenten, die geleid hebben tot het reeds
genoemde bedrag van 51.000.Het sub d gestelde moet bestreden worden.
Spreker weet niet, waar het vermelde bedrag van 7.500.— vandaan zou komen.
Ten aanzien van sub e moet opgemerkt worden, dat de raad reeds op 4 juni j.l.
de financiering definitief heeft geregeld.
Hetzelfde antwoord kan gegeven worden terzake van het gestelde sub f.
De totale kosten en de financiering daarvan door het Rijk zijn reeds eerder
toegelicht. Het is niet onmogelijk dat de nadelige saldi ad 43.905,33 door
de renovatie enigszins zijn toegenomen. Uiteindelijk worden dergelijke saldi
vereffend via de Algemene Bedrijfsreserve.
Raadslid Joosen zegt dat hij zich niet kan voorstellen, dat de rentekosten
ad 30.000,begrepen zijn in het bedrag der overschrijding van 51.000,
Hij denkt, dat er nog wel eens een keer een nacalculatie zal volgen.
De voorzitter antwoordt hierop, dat de totale financiële afwikkeling zijn
beslag heeft gekregen door het raadsbesluit van 4 juni j.l..
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten tot voorlopige vaststelling
van de bedrijfsrekeningen en de rekeningen van de algemene dienst over de
jaren 1978 en 1979.
