Motieven tot het al-dan-niet wijzigen van de sluitlngsregeling
Zoals reeds gesteld is, steunt het verzoek van mevrouw Schaap voornamelijk
op de overweging, dat het uitgaanspatroon van het publiek is gewijzigd en wel
zodanig dat er behoefte zou zijn aan een horecabedrijf in Teteringen dat op
de bedoelde dagen tot 04.00 uur geopend is.
Of, en zo ja, in welke mate die behoefte aanwezig is hebben wij niet kunnen
vaststellen en is evenmin door verzoekster aangetoond.
Behoudens het voorliggende verzoek heeft men ons van geen enkele andere zijde
- te denken valt aan andere plaatselijke ondernemers alsmede aan de desbe
treffende belangengroeperingen - daarover benaderd.
Wij zijn van mening, dat een nachtzaak in het totale horecagebeuren een spe
cifieke plaats inneemt. Een dergelijke gelegenheid functioneert vooral als
uitloop op en vervolg van het normale-cafébezoek. Dit rechtvaardigt naar
onze mening de stelling, dat het aantal nachtzaken gerelateerd moet worden
aan het aantal normale horecabedrijven. Ook in andere gemeenten wordt deze
relatie gelegd. Zo wordt bijvoorbeeld in de gemeente Breda één nachtzaak op
75 horecabedrijven toegestaan.
In onze gemeente zijn 15 horecabedrijven gevestigd. Naar wij menen moet dit
als onvoldoende draagvlak worden aangemerkt voor een ter plaatse te vestigen
nachtzaak.
Zou de mogelijkheid van nachtelijke openstelling via het invoeren van een
onderscheid in inrichtingen door wijziging van de verordening worden
verruimd, dan nog zou bij de feitelijke toepassing daarvan naar onze
mening aan een aantal randvoorwaarden moeten worden voldaan. Met name de
handhaving van de openbare orde en rust dienen voldoende te zijn gewaar
borgd. Dit leidt tot de stellingname, dat een nachtzaak slechts een plaats
zou kunnen vinden in een specifiek en grootschalig uitgaanscentrum. Daar
immers ondervindt men in de omgeving de minste invloed van nevenverschijn
selen als geluidsoverlast, verkeersoverlast en andere verstoringen van' de
openbare orde en rust. In een gemeente als de onze, waar het horecabedrijf
verspreid tussen de woonbebouwing voorkomt en als zodanig een functie voor
de plaatselijke gemeenschap vervult, wordt aan deze voorwaarden niet voldaan.
Terzake zij verwezen naar het advies van de postcommandant van de rijkspoli
tie dat in het raadsdossier ter inzage is gelegd.
Resumerend zijn wij van mening dat de thans geldende sluitingsregeling
gehandhaafd dient te blijven.
Wij geven u in overweging om, met afwijzing van het verzoek van mevrouw
E.Schaap-Op de Dijk, te besluiten niet tot wijziging van de verordening over
te gaan.
Burgemeester en wethouders van Teteringen,
Aarts burgemeester.
Mertens secretaris.
