-27-
Voorzitter, waarcm maken wij ons nu zo druk over openbaarheid terwijl
er doorgaans zo weinig publieke belangstelling is voor commissiever
gaderingen?
Welnu, het is een kwestie van mentaliteit.
Je kunt als gemeentebestuur kiezen voor openheid, dat wil zeggen voor
informatie ter beschikking stellen en informatie bij de burgers halen,
zodat het reilen en zeilen van het dorp als een gemeenschappelijke
verantwoordelijkheid gezien wordt door de bewoners. Je kunt ook kiezen
voor beslotenheid en "vrijheid van gesprek" in de beste regententraditie,
zodat de afstand tot het publiek groter wordt en de bekendheid van het
publiek met het bestuursgebeuren voor een groot deel via geruchten in
de straat verloopt.
Voorzitter, onze keuze zal u duidelijk zijn.
Wanneer U vindt dat de huidige commissies niet optimaal funktioneren
kan dat toch onmogelijk gezocht worden in het openbare karakter daarvan.
Juist die openbaarheid wil ik accentueren.
- Wellicht is er vanuit het publiek meer belangstelling wanneer zij
deel mogen nemen aan het gesprek van de ccmmissie.
Immers dan zijn nog geen standpunten ingenomen en kan het zeer zinvol
zijn om burgers, al dan niet belanghebbend, te laten meepraten en
meedenken.
- Ik kan me ook voorstellen dat we in plaats van adviescommissies raads
commissies instellen.
Hoe is Uw mening daarover?
Dan wat ons standpunt betreft.
Het zal U niet verbazen dat wij niet aan commissies die zich lenen
voor openbaarheid, deel zullen nemen als zij niet langer openbaar zijn.
Ik zou het persoonlijk zeer betreuren, want ik vind dat de commissie
voor onderwijs, kuituur en welzijn waar ik deel van uitmaak redelijk
funktioneert. En ik zou het jammer vinden hier uit te moeten treden.
Ook valt verder in deze Nota van Aanbieding op dat het college erg
weinig vertrouwen heeft in het meedenken en meebeslissen van burgers.
Bij "Woningen" komt U terug op de oprichting van een huurdersvereni
ging. U zegt bang te zijn voor onevenredige belasting van de repre
sentanten. Een argument dat mij niet overtuigt.
Wij denken aan een vertegenwoordiger per complexje, die gezamenlijk
met de andere vertegenwoordigers een soort "bewonersplatform" zouden
kunnen vormen. Deze kunnen dan gevraagde en ongevraagde adviezen aan
B. en W. geven. En behalve voor het woningbeheer ook voor de woonom
geving