-38-
De afronding van dit plan was vorig jaar nog voorzien in 1985. Nu is de
eindsituatie doorgeschoven naar 1986.
Er behoeven geen activiteiten te worden stopgezet. Er is nog voldoende
ruimte in de begroting aanwezig.
De huidige financiële situatie kunt U terugvinden in de 45e begrotings
wijziging 1981. De meerjarenbegroting echter geeft een veel duidelijker
toekomstperspectief
De meerjarenbegroting zal niet meer apart geagendeerd worden. Zij zal het
richtsnoer zijn voor de besluitvorming in het komende jaar.
Ongeveer twee jaar geleden is door Uw raad bij motie een experiment ter zake
van de openbaarheid van commissie-vergaderingen afgedwongen. Persoonlijk,
zo zegt hij, heb ik mij toen tegen deze motie verzet. Er was over dit
onderwerp een uitgebreide discussie nodig en deze heeft niet plaatsgevonden.
Gevolggevend aan de motie is het college toen de experimenteerfase ingegaan.
Bij de behandeling van de begroting 1981 is U voorgesteld het experiment
met één jaar te verlengen.
De mening van het college nu is dat openbaarheid van Commissie-vergaderingen
geen bijdrage levert aan openheid van bestuur. Het college wenst een zo
open mogelijk bestuur. Daartoe worden een aantal gedragsreqels gehanteerd.
In de nota van aanbieding bij de begroting 1978 zijn ze opaesomd. De meer
derheid van de raad heeft zich thans uitgesproken voor handhaving van
openbaarheid van de commissievergaderingen.
Het spreekt vanzelf dat het college de mening van de raad zal respecteren.
Het blijft er echter van overtuigd dat deze openbaarheid niet veel van
doen heeft met openheid van bestuur.
De periode tussen de datum van toezending van de begrotingsstukken en de
datum waarop Uw raad schriftelijk vragen kan stellen is inderdaad kort.
Er zal naar gestreefd worden deze periode te verlengen tot een 14-tal
dagen. Dat zal overigens moeten leiden tot een wijziging van het reglement
van orde. De werkzaamheden ter secretarie nemen gestaag toe, zowel
kwantitatief als kwalitatief.
In het kader van de openheid van bestuur vraagt ook de burger steeds meer.
Het goed functioneren van het ambtelijk apparaat zouden wij gaarne
gehandhaafd zien.
Een verantwoorde personeelsbezetting is noodzakelijk. Die bezetting mag
niet zodanig zijn dat zij gaat leiden tot een overbelasting. De invulling
van de vacature zal uiteraard met de nodige zorgvuldigheid geschieden.
De herziening van de Ubink-normen heeft intussen zijn beslag gekregen.
Een nieuwe salaris-verordening zal U in januari ter vaststelling worden
aangeboden.