—46'
In aanvulling op zijn beantwoording in eerste termijn voegt de voorzitter
hieraan toe dat de raad uiterlijk in september 1983 een rampenplan zal
moeten vaststellen. Enige voorbereidingen daartoe zijn reeds getroffen.
De voorzitter schorst hierna de vergadering.
Na heropening verleent hij het woord aan raadslid SchreinemachersHet zal,
zo concludeert deze, waarschijnlijk wel zo zijn, dat de structuurschets door
de raad pas behandeld zal kunnen worden in de februari- of maartvergadering.
Terecht heeft de voorzitter betoogd, dat deze schets qua inhoud thans niet
aan de orde kan komen. Toch blijft hij van mening, dat het goed zou zijn
wanneer eenieder zich eens duidelijk tevoren zou buigen over de vraag, of
het oude beleid aangehouden moet worden, te weten het migratiesaldo 0.
Destijds leken, gezien de aanstaande verkiezingen voor het Europees parlement,
de argumenten voor het lidmaatschap van de Raad van Europese gemeenten heel
plausibel. Nu dit parlement ongeveer twee jaar functioneert kunnen we
bepaald niet juichen over de europese gedachte. Zijn fractie blijft de
hiervoor geraamde uitgave dan ook zinloos vinden.
De omschrijving bij de begrotingspost 380.00 is een tekst van het vorige
jaar. Gaarne zou hij vernemen of in dit verband het geraamde bedrag ad
2.000.juist is. Hierna verkrijgt raadslid van Beek het woord.
De opmerkingen van zijn fractie over het verkeersstructuurplan vinden hun
oorzaak in de zware financiële verplichtingen die daaruit voortvloeien alsmede
in de overweging dat het eenmaal vastgestelde plan niet klakkeloos moet
worden uitgevoerd. Er zullen steeds prioriteiten gesteld moeten worden aan
de hand van de nieuwste gegevens en situaties. Over de openbaarheid van
commissievergaderingen verschilt zijn fractie van mening met de andere
fracties. Zijn fractie constateert dat die openbaarheid niet functioneert.
Er zullen derhalve andere wegen gevonden moeten worden om de betrokkenheid van
de burger bij het bestuur te stimuleren.
Zijn fractie kan meegaan met de stelling van het college dat er personeels
uitbreiding moet plaatsvinden.
Uit het antwoord van het college heeft hij begrepen dat er een herverkaveling
van taken moet komen.
Het bestemmingsplan "Buitengebied" dreigt in twee stukken uiteen te vallen.
Dat kan in de practische toepassing beslist erg vervelend zijn. Met de studie
naar de inpassing van nieuwe ontwikkelingen moet niet te lang gewacht worden.
Situaties immers, die thans nog kunnen ontstaan,leveren niet altijd een
bijdrage aan dat buitengebied. Actualisering van het hinderwetvergunningbestand
betekent niet meer, zo heeft hij van de wethouder begrepen, dan het toetsen
van de verleende hinderwetvergunningen aan de nieuwe hinderwet.
