GEMEENTE TETERINGEN
u.
Raadsvergadering d.d. 28 oktober 1982
Agendanr. 9
Voorstel tot het aanwijzen van een commissie als bedoeld in artikel 390,
3e lid, van de Bouwverordening
Aan de raad,
In Hoofdstuk 10 van de Bouwverordening zijn algemene regels gesteld
o.m. ten aanzien van beroep op de gemeenteraad tegen beschikkingen
van ons college, genomen ter uitvoering van die verordening.
In artikel 390, 3e lid, is bepaald, dat alvorens de gemeenteraad op een
ingesteld beroep beslist, de belanghebbende in de gelegenheid moet
worden gesteld door de raad of door een door de raad aangewezen commissie
te worden gehoord.
Ter uitvoering hiervan besloot uw raad op 26 november 1974 de Commissie
Planologische Maatregelen als zodanig aan te wijzen. In deze vergadering
wordt uw raad uitgenodigd de Commissie Ruimtelijke Ordening en Volks
huisvesting (eertijds geheten: Commissie Planologische Maatregelen)
met twee leden uit te breidan. Indien u hiertoe besluit gaat deze commis
sie 7 leden tellen.
Wij zijn van mening, dat een burger, die een beroepschirft heeft
ingediend, niet verplicht moet worden om voor een forum van zeven per
sonen zijn belangen te verdedigen. Een dergelijk groot college zou de
reclamant naar onze mening in zijn betoogvrijheid kunnen beperken,
hetgeen niet de bedoeling kan zijn.
Wij stellen u daarom voor:
a. te besluiten tot intrekking van het raadsbesluit van 26 november 1974,
waarbij de Commissie Planologische Maatregelen werd aangewezen voor
het horen van belanghebbenden als bedoeld;
b. aan te wijzen voor het horen van belanghebbenden de Hoorcommissie
ingevolge de Verordening inzake de behandeling van bezwaarschrif-ten
ingevolge de Wet administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen,
daartoe voor deze materie uitgebreid met de voorzitter van ons
college.
Een ontwerp-raadsbesluithiertoe strekkende, ligt voor u bij de raads
stukken ter inzage.
Teteringen, 5 oktober 1982
Burgemeester en wethouders van Teteringen,
Aarts
burgemeester.
secretaris-
Mei: tens