-57-
Wanneer er een avontuurlijke speelplaats aangelegd gaat worden, zal
dat in "Het Kerkeind" zijn. Maar dat houdt natuurlijk niet in, dat ze
niet gebruikt kan worden door kinderen, elders uit de gemeente.
In de Nota van Aanbieding wordt over het voornemen gesproken om te
gelegener tijd over te gaan tot de aanleg van een avontuurlijke
bouwspeelplaats. Vooraleer tot uitvoering daarvan gekomen kan worden,
zal de raad daartoe een concreet voorstel gedaan worden. In dat
stadium kan er verder over gediscussieerd worden. Overigens kan wel
worden geconcludeerd, dat de raad in principe met dit voornemen
instemt.
De afwijzing van de rijksbijdrage, gevraagd op basis van het Hinder-
wetuitvoeringsprogrammais in een eerder stadium al duidelijk gemo
tiveerd. Wanneer de rijksoverheid meent, dat dit programma niet vol
doende beleidselementen bevat en dat daarom geen bijdrage wordt
toegekend, dan is dat jammer en dan spreken we daar onze teleurstelling
over uit.
In het kader van de Wet Geluidhinder is al eerder opgemerkt, dat
die wet geen consequenties heeft voor het Verkeersstructuurplan, omdat
bestaande situaties nog niet onder de werking van deze wet vallen.
Indien een vigerend bestemmingsplan gewijzigd zou worden, valt de
wijziging wel onder de bepalingen van deze wet. Omdat er nog geen
onderzoek in het kader van deze Wet inzake bestaande situaties heeft
plaatsgevonden, kan ook niet aangegeven worden, of en zo ja tot welke
consequenties een dergelijk onderzoek zou kunnen leiden.
Het Ministerie van Sociale Zaken financiert momenteel de kosten,
verbonden aan de plaatsing van werklozen op een aantal projekten.
Die financiering gebeurt per deelnemer, in welke gemeente hij of zij
ook woont. Onze gemeente is nog niet geconfronteerd met de vraag om
die kosten mede te financieren.
In de begroting 1983 is een bedrag van 26.000,opgenomen ten
behoeve van het Open Bejaardenwerk. De raad zal zich herinneren, dat
hij zich indertijd in principe heeft uitgesproken voor een bevriezing
van de subsidiebedragen. Daaraan doet niet af, dat er enige ruimte
moet zijn voor nieuw beleid. De Raad voor het open Bejaardenwerk is
in eerste instantie verzocht zijn begroting zodanig aan te passen dat
ze binnen het bedrag bleef waarmee voor 1983 rekening is gehouden.
Mede gelet op de groei van dit subsidie gedurende de laatste jaren
lijkt het een goede zaak ook hier de vinger aan de pols te houden en
niet jaarlijks een begroting met tientallen procenten te laten groeien.
Overigens zal over deze aangelegenheid binnenkort nog een gesprek
met het Open Bejaardenwerk plaatsvinden.
