I
-61-
Raadslid van de Kreeke stelt een subsidie voor het jaar 1983 voor.
Wethouder Rienks-Schiedon zegt dat zij hier niets aan toe te voegen
heeft. In de commissievergadering heeft zij getracht de leden van
de juistheid van het ontwerp-voorstel van B en W te overtuigen. Zij
dacht dat dit gelukt was, maar nu blijkt dat dit niet het geval is.
De voorzitter zegt dat kennelijk deze discussie niet is gevoerd in
de coirmissievergadering, waar toch een aantal raadsleden aanwezig
was.
Wethouder Rienks-Schiedon antwoordt hierop dat er wel degelijk een
discussie in de coirmissie is gevoerd. In het concept-verslag staat
de conclusie. Eenieder heeft overigens het recht van mening te ver
anderen.
De voorzitter zegt dat het college niets aan het voorstel toe te
voegen heeft.
Raadslid Collette zegt in tweede termijn dat ook hij aan zijn stand
punt niets meer toe te voegen heeft.
Raadslid Schlösser zegt dat de zaken een andere wending nemen, dan
zijn fractie veronderstelde. Natuurlijk is zij in principe voorstander
van elke zinnige hulpverlening, waar dat ook maar kan. Maar gezien
de verstrekte informatie dringt zich de opvatting op dat het hier
gaat om grootsteedse problemen, die hij eigenlijk niet tot de zijne
zou willen maken. Men zou willen hopen, zijn fractie heet niet voor
niets "Dorpsgemeenschap", dat onze samenleving in Teteringen problemen
als in deze stukken genoemd op dorpse wijze kan oplossen. De vraag
dringt zich trouwens op, of een Kinder-Jongerentelefoon in een behoefte
voorziet of een behoefte schept. Deze vraag is helaas niet te beant
woorden
Raadslid van de Kreeke zegt dat hij er al vaker van beschuldigd is
dat hij in de raadsvergadering andere dingen zegt dan in de commissie
vergadering. Die beschuldiging was ook al niet terecht in de vorige
raadsvergadering. Dat is thans weer het geval en weer niet terecht.
Hij heeft er geen enkele behoefte aan om inhoudelijk te motiveren,
waarom hij vindt dat de Kinder- en Jongerentelefoon 's raads hulp
behoeft. Naar zijn mening ligt dit zo duidelijk voor iedereen, dat
hij hier nauwelijks iets aan toe te voegen heeft. Wat hem niet duidelijk
is, is dat er gesproken wordt van een dorp, dat niet direct aantoonbaar
kan maken waarom die Kinder- en Jongerentelefoon er moet komen. Hij
heeft de subsidieverordening nagezien om te kijken of dit voor sommige
andere zaken ook geldt. Hij is tot de ontdekking gekomen dat er inge
stemd is, ook door de tegenstemmers van nu, dat er 2\ cent per inwoner
gegeven wordt aan de Centrale Militaire Tehuizen, 2\ cent per inwoner