-9-
eens met aandacht zullen lezen en blijk zullen geven van een
dergelijk inzicht.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders.
11. Voorstel tot vaststelling van de tarieven 1983 voor het gebruik van
de gemeentelijke sportaccommodaties
Wethouder Rienks-Schiedon geeft vooraf een toelichting omdat er
nogal verwarring schijnt te zijn ontstaan naar aanleiding van de
samenvatting van dit voorstel.
Vanavond, zo zegt zij, zal de vaststelling van de tarieven 1983 voor
het gebruik van de gemeentelijke sportaccommodaties behandeld worden.
Er wordt in dit voorstel ook gesproken over de doorberekening van de
kosten van de W.S.W.-werknemers aan de gebruikers met ingang van 1984.
Deze suggestie van het college maakt géén deel uit van de besluit
vorming die heden moet plaatsvinden.
Hierover zal eerst overleg gepleegd worden met de gebruikers van de
gemeentelijke sportaccommodaties. Daarna zal het college zich intern
beraden, waarna de raad ter zake een voorstel kan verwachten.
In dit licht gezien moet punt 5 van de samenvatting als niet geschreven
beschouwd worden.
Raadslid de Lange zegt dat zijn fractie accoord gaat met de vaststel
ling van de tarieven voor 1983.
Voor wat betreft de W.S.W.-kosten vindt zij, het profijtbeginsel
hanterend, een gedeeltelijke doorberekening op zijn plaats. De tarieven
mogen echter niet zó hoog worden, dat ze door de verenigingen niet meer
te betalen zijn. Bovendien zal aangetoond moeten worden, dat het nood
zakelijk is dat deze kosten aan de verenigingen worden doorberekend,
m.a.w.het college heeft nog niet aangetoond dat het benodigde geld
niet ergens anders vandaan kan komen.
Raadslid van de Kreeke zegt begrepen te hebben dat het college het
betreurt dat de discussienota tarifering sportakkoirmodaties niet tot
het gewenste resultaat kan leiden. Het vele en uitstekende werk, door
het ambtelijk apparaat verricht, is zeker niet vergeefs geweest. We
hebben er immers uit kunnen leren, dat vermeende goede systemen niet
altijd in de praktijk bruikbaar zijn.
Het noemen van een prijsindexcijfer berust, zo zegt het college, op
historische gronden. Kan hierop enige toelichting gegeven worden?
Raadslid Mussers-Bruijninckx zegt dat haar fractie het betreurt dat
er in een tijdsbestek van vijf jaar nog geen goede beleidsnota ter