-4-
c. brief drs. W. van Wageningen inzake benz ineverkooppunt Scheperij
met antwoord van burgemeester en wethouders;
d. brief P.A. van Putten inzake benzineverkooppunt Scheperij met
antwoord van burgemeester en wethouders;
e. brief Automobiel- en Garagebedrijf Rutten inzake bestemmingsplan
"Bebouwde Kom 1983";
f. brief Landelijk Energie Komitee inzake het Kalkarprojekt;
g. "Geknipt voor het raadslid", nummers 14 en 15.
Raadslid de Lange zegt dat er ook een stuk ter inzage lag inzake een
enquête voor de afval-ophaaldienst in gescheiden vorm.
De voorzitter antwoordt hierop, dat dit punt niet op de agenda staat.
Behandeling kan daarom beter plaatsvinden tijdens de rondvraag.
Raadslid van de Kreeke zegt naar aanlèiding van het ingekomen stuk ver
meld onder II sub f met een ander voorstel te willen komen.Is het niet
mogelijk om de inhoud van deze brief te ondersteunen en daartoe een
voorstel te doen?
Raadslid Joosen vraagt wanneer de heren van Wageningen en van Putten
bericht hebben gekregen, dat hun brieven niet als bezwaarschriften zijn
aangemerkt
De voorzitter zegt aan het adres van raadslid van de Kreeke dat het
niet ter competentie is van het college om op zaken van landelijk
belang te reageren. In het recente verleden is iets dergelijks al meer
aan de orde geweest.
U kunt het college vragen het standpunt ter opzichte van dit soort
verzoeken, die regelmatig binnenkomen, in nadere overweging te nemen.
Dat lijkt haar een zinvol uitgangspunt. Later kan er dan over gedis
cussieerd worden.
Aan het adres van raadslid Joosen zegt spreekster dat de brief van de
heer van Wageningen beantwoord is op 1 september 1983 en van de heer van
Putten op 5 september 1983.
Raadslid Joosen vraagt of er toen nog tijd was om alsnog een bezwaar
schrift in te dienen.
De voorzitter antwoordt hierop, dat zij dit niet uit het hoofd kan
zeggen, want het is haar niet bekend hoeveer de procedure op dat moment
gevorderd was. De brief van de heer van Wageningen is op 30 augustus
1983 binnengekomen en dan lijkt haar een beantwoording op 1 september
1983 redelijk snel. De brief van de heer van Putten is op 2 september
1983 binnengekomen en 5 september d.a.v. beantwoord. Het kan niet
vlugger