-57- In hoeverre is planning van medewerkingszaken op basis van de onderwijs wetten bespreekbaar? Het is vandaag bepaald een goede dag voor het milieu. Hij denkt hierbij met name aan de positieve reactie van het Stadsgewest op het proefpro ject gescheiden huisvuilophaal In overleg met de standsorganisatie zou er wellicht een oplossing gevon den kunnen worden voor de landbouwfolie De vooruitblik op de sportkantines was het beruchte schot voor de boeg. Raadslid de Lange zegt, dat het financiële beleid van het college de instemming van zijn fractie heeft. Zij kan dan ook niet meegaan met de voorstellen van de fractie van de Partij van de Arbeid. Met betrekking tot het milieu merkt hij voorts op, dat de landbouwfolie noch behoort tot het chemisch afval noch tot de probleemstoffen. Inzake de mogelijke verplaatsing van het tennisbanencomplex zegt hij van mening te zijn, dat de Heidemij geen lange termijn nodig heeft om het aantal banen te prognosticeren. Hij vestigt er voorts de aandacht op, dat de tennisvereniging bij een tekort aan banen in grote moeilijkheden zou kunnen komen. Raadslid van de Kreeke zegt, dat het logisch is, dat fracties over een aantal zaken van mening verschillen. Inderdaad is de situatie van 1984 een heel andere dan die van 1978. De wethouder heeft daar volledig gelijk in. Dat neemt echter niet weg, dat de gemeente toch weer aan merkelijk rijker geworden is. De wethouder heeft gezegd, en hij is haar daar erkentelijk voor, dat de fractie van de Partij van de Arbeid cijfer matig gezien een goed stuk werk heeft geleverd. Zijn fractie heeft het voorstel, dat zij heeft gedaan, onderbouwd met cijfers tot en met 1988. Zij heeft een weergave gegeven van haar andere visie op het stuk van het financiële beleid. Als dat stuntwerk genoemd moet worden is het hem niet duidelijk, wat andere fracties, die geen financiële onder bouwing gegeven hebben, dan aan het doen zijn. Hij vindt het erg jammer, wanneer een van de fracties spreekt over stuntwerk. De wethouder heeft gezegd dat, door de visie van de Partij van de Arbeid te volgen, de problemen vooruitgeschoven worden. Dat is echter niet juist. Immers, door de post "onvoorzien" tot 1988 door te rekenen en door een cumulatie in de begroting tot stand te brengen, hebben we de ruimte in de begroting zichtbaar gemaakt. De ruimte ad 20.000,in de begroting is volgens de wethouder niet voldoende. Van de saldi-reservehet is ook hem bekend, wordt jaarlijks in de begroting 1/30 gedeelte gebruikt. De wethouder heeft voorts een overzicht gegeven van het totaal der aanwezige reserves. Zij heeft gezegd niet te begrijpen, dat de Partij van de Arbeid stelt, dat ook in de visie van het college het totaal van de algemene reserves

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 67