- 14 - Raadslid van de Kreeke interrumpeert en vraagt of de fractie van het C.D.A. wil ontkennen of bevestigen, dat raadslid Verstegen gehoord heeft dat hem het woord is ontnomen op de gronden, die hij genoemd heeft. Raadslid Verstegen zegt, dat hij het volledig eens is met het verslag van de vergadering van de commissie Financiën. Er wordt op een gegeven moment in die vergadering gezegd: "de discussie is gesloten". Letterlijk heeft de voorzitter niet gezegd: "Ik ontneem u het woord". Haar woorden hadden wel dezelfde intentie. Er is gezegd door de voorzitter: "Mijnheer van de Kreeke, u gaat duidelijk buiten datgene waar we op dit moment over spreken en ik moet er u op attenderen, dat u moet zwijgen". Als dit vertaald kan worden met "het woord ontnomen", dan ben ik het er mee eens, dat op dat moment aan raadslid van de Kreeke het woord ontnomen is. Voorts merkt hij op, dat in de rondvraag door de heer van de Kreeke zelf de opmerking gemaakt is, zoals die in het verslag staat: "Omtrent de kapi taalverstrekking Centrale Antenne-inrichting hebt u mij het woord ontno men". Daarop heeft de voorzitter gereageerd. Zij bevestigde, dat op dat moment van de discussie en op dat punt raadslid van de Kreeke het woord ontnomen was. Waar het hele verhaal in feite ook om draait en waar raadslid van de Kree ke op dit moment geen woord over wil horen, is: Hoe loopt zo'n vergade ring, wat is de bedoeling van zo'n vergadering? Het was de tweede of derde keer dat over hetzelfde onderwerp gesproken werd. Er werd nog eens herhaald, wat ook in eerste termijn reeds gezegd was. Toen werd het woord ontnomen. Als raadslid van de Kreeke vindt, dat dit van essentieel belang is en dat hij, wil hij gelijk krijgen, daarvoor naar de Commissaris van de Koningin moet, dan vraagt spreker zich af, waar we hier mee bezig zijn. Het moet toch duidelijk zijn, dat we een commissie hebben om advies en bijstand te geven aan het college. Als raadslid van de Kreeke bevestigd wil hebben, dat hem ten onrechte of ten rechte het woord ontnomen is, dan verklaart hij, dat raadslid van de Kreeke op dat moment het woord is ont nomen De voorzitter zegt ook in tweede termijn niet veel toe te voegen te hebben aan datgene, wat hij reeds gezegd heeft. Zijn reactie zal dan ook weer kort zijn. Aan het adres van raadslid Collette zegt hij, dat het zeker niet de inten tie van het college is om tot verharding van standpunten te komen. Het college heeft geprobeerd om in een gesprek na de ontvangst van de brief de plooien glad te strijken en het incident te sluiten. Zoals hij het nu

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 40